CINXE.COM

<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?> <!DOCTYPE TEI.2 PUBLIC "-//DBNL//DTD TEI.2 XML//NL" "https://www.dbnl.org/xml/dtd/teixlite.dtd"> <TEI.2> <teiHeader> <fileDesc> <titleStmt> <title type="main">Nagelatene gedigten en gezangen van juffrouwe Maria van Hengel, bestaande in geestelyke meditatien, tot opwekkinge van het geloof</title> <author>Maria van Hengel</author> </titleStmt> <editionStmt> <edition> Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van <hi rend="i">Nagelatene gedigten en gezangen van juffrouwe Maria van Hengel, bestaande in geestelyke meditatien, tot opwekkinge van het geloof</hi> van Maria van Hengel uit 1737. </edition> <respStmt> <resp> <corr>p. 93: ,t, → 't: ‘Ja 't Hertenkenner geeft my dat!’.</corr> <corr>p. 119: ¿ → ?: ‘Wie is 't die s' ondersteund?’.</corr> <corr>p. 119: n → u: ‘Gy voert uw oordeel uit’.</corr> </resp> </respStmt> </editionStmt> <extent><!-- aantal pagina's --></extent> <publicationStmt> <idno type="titelcode">heng003nage01_01</idno> <idno type="format">DBNL-TEI 1</idno> <availability> <p>2024 dbnl</p> </availability> </publicationStmt> <notesStmt> <note>unicode</note> </notesStmt> <sourceDesc> <bibl> <idno type="isbn"></idno> <idno type="usedcopy">exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: KW 841 B 16 [2], scan van Google Books</idno> </bibl> <p>Maria van Hengel, <hi rend="i">Nagelatene gedigten en gezangen van juffrouwe Maria van Hengel, bestaande in geestelyke meditatien, tot opwekkinge van het geloof</hi>. Jan Roman, Amsterdam 1737</p> <p>&#160;</p> </sourceDesc> </fileDesc> <encodingDesc> <projectDesc> <p>Wijze van coderen: standaard</p> <p></p> </projectDesc> </encodingDesc> <profileDesc> <langUsage> <language id="nl">Nederlands</language> </langUsage> </profileDesc> <ebook> <bibl> <title type="main">Nagelatene gedigten en gezangen van juffrouwe Maria van Hengel, bestaande in geestelyke meditatien, tot opwekkinge van het geloof</title> <author>Maria van Hengel</author> <idno type="isbn"></idno> <idno type="nur"></idno> <imprint> <date></date> <publisher></publisher> <pubPlace></pubPlace> </imprint> </bibl> <idno type="isbn"></idno> <idno type="nur"></idno> <availability> <p></p> </availability> <order> <price curr="euro"></price> <link></link> </order> <blurb><p></p></blurb> <titlepage><p></p></titlepage> <colofon><p></p></colofon> </ebook> <pod> <bibl> <title type="main">Nagelatene gedigten en gezangen van juffrouwe Maria van Hengel, bestaande in geestelyke meditatien, tot opwekkinge van het geloof</title> <author>Maria van Hengel</author> <idno type="isbn"></idno> <idno type="nur"></idno> <imprint> <date></date> <publisher></publisher> <pubPlace></pubPlace> </imprint> </bibl> <idno type="isbn"></idno> <idno type="nur"></idno> <availability> <p></p> </availability> <order> <price curr="euro"></price> <link></link> </order> <blurb><p></p></blurb> <titlepage><p></p></titlepage> <colofon><p></p></colofon> </pod> <revisionDesc> <change> <date>2024-09-26</date> <respStmt> <name type="person">SJ</name> </respStmt> <item>colofon toegevoegd</item> </change> </revisionDesc> </teiHeader> <text> <body> <cf> <div type="chapter"> <pb n="I"/> <p><hi rend="spat">NAGELATENE</hi></p> <p><hi rend="spat">GEDIGTEN</hi></p> <p><hi rend="spat">EN</hi></p> <p><hi rend="spat">GEZANGEN</hi></p> <p>VAN JUFFROUWE</p> <p>MARIA <hi rend="sc">van</hi> HENGEL,</p> <p>Bestaande in Geestelyke</p> <p><hi rend="spat">MEDITATIEN,</hi></p> <p>Tot opwekkinge van het Geloof.</p> <figure><p><xptr to="heng003nage01ill0001.png"/></p></figure> <p>t' <hi rend="spat">AMSTERDAM,</hi></p> <p>By <hi rend="spat">JAN ROMAN,</hi> Boekverkooper</p> <p>voor aan in de Nes. 1737.</p> <pb rend="blank" n="II"/> </div> </cf> <div type="chapter"> <interpGrp> <interp type="primair" value="17361003"/> <interp type="primair" value="roma003"/> </interpGrp> <pb n="III"/> <head rend="h3">De drukker aan den leezer.</head> <p><hi rend="b">D</hi>it godgeleerd digtkundig Werkje is opgestelt door Juffrouw MARIA <hi rend="sc">van</hi> HENGEL, Huisvrouw van den Heer <hi rend="i">Johannes Baccherus</hi>. Zy is geboren in den jaare 1613. gestorven in den jare 1687. out 74 jaren. Haar Vader was <hi rend="i">Joris van Hengel</hi>, haar Moeder <hi rend="i">Catharina Markus</hi>, die beide door hunne godvrugtigheid betoonden regte onderdanen van Christus te zyn, als onder andere blykt uit de opvoeding van deze MARIA, die in de Goddelyke en Waereldlyke Wetenschappen is ervaren geweest, gelyk het ook bleek aan haaren Eerwaarden Broeder, den Heer <hi rend="i">Daniel van Hengel</hi>. geleerd en geagt Predicant laast tot Uitregt, en aldaar overleden in den jaare 1689. Deze Juf-<pb n="IV"/>frouw was de Moey van den Heer <hi rend="i">David van Hengel</hi>, in dezelve stad zeer bemind en hooggeagt Predicant, overleden in den jaare 1711. ende Oud-moey van den zeer geleerden Heer <hi rend="i">Daniel van Hengel</hi>, laast beroemt Predicant te Rotterdam, en aldaar zalig ontslapen in 't Jaar 1733. in de Maand Augustus. Uit dezen allen blykt dat deze Juffrouw uit een zeer godvrezend en waarheidlievend geslachte gesprooten is: en 't is zeer aanmerkelyk, dat haar Edl: in die bedroefde tyden van de Spaansche, Engelsche en Fransche Oorlogen, zonder haar aan den uitslag van dien te kreunen, haar zoo ongemeen heeft geoeffent in de Goddelyke en zedekundige Wetenschappen, en inzonderheid de Dichtkunde: waar uit blykt, dat zy alleen met vertrouwen in Christus haar onderwierp aan Gods wille; wel wetende op goede gronden, dat ze in Christus alles, wat tot het leven, de Godzaligheid en de <pb n="V"/>eeuwige zaligheid vereist word, door 't Geloove bevond en bezat. Ik twyffel niet of een ieder, die dit haar Werkje leest, zal dit met een toestemmen. Deze aanmerkelyke vaarzen bestaan meest in Meditatien, waar in zy haare Lezers aanspoort tot onderzoek der Goddelyke Boeken, waar uit zy konnen leeren op vaste gronden God te kennen als Schepper, Onderhouder, en Regeerder aller dingen, hoe God als Drie-eenig is geworden de God des zondaars, hoe men door Christus onzen eenigen en volkomen Zaligmaker met een opregt vertrouwend geloove alles bekomt wat tot onze zaligheid nodig is. In het byzonder van ieder Meditatie te zeggen wat de inhoud daar van is, is ons oogmerk niet; wy wyzen den Lezer tot het naauwkeurig nazien der zelve: gy zuld daar in vinden dat ze op vaste gronden de onwetende leert, de zwakken sterkt, de kleinmoedigen vertroost, de twyffelachtige verzekert, en de sterke <pb n="VI"/>hoe langer hoe meerder aanzet om daar in gevestigt te worden; op dat alle die agt geven op hare onderwyzingen, en die naspooren, de kroone des Eeuwigen leevens mogen ontfangen. Dit nuttig en nodig Werkje, zoo lang als onder de asch begraven geweest zynde, en nooit het ligt door den druk gezien hebbende, daar het jongste vaars wel 50 jaar oud is, brengen wy u nu onder het oog en in het ligt, op het verzoek van verscheide waarheidlievende personen; en wensche dat de godvrugtige Lezer daar goede stichtinge uit mag ontfangen. Dit en wat meer tot ons welzyn na ziel en lichaam nodig is, wenschen wy van herte, dat de Drie-eenige God ons geve om de verdiensten van onzen Zaligmaker Jesus Christus. Amen!</p> <p>&#160;</p> <p>Ik ben uwer allerdienstbereide Dienaar</p> <p><hi rend="spat">JAN ROMAN</hi></p> <p><hi rend="i">Amsterdam den</hi> 3.</p> <p><hi rend="i">Octob.</hi> 1736.</p> </div> <div type="chapter"> <pb n="1"/> <head rend="h3">I. Morgen bedenkinge.</head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">M</hi>yn <hi rend="i">Vader</hi>, schoon de Son, haar straalen</l> <l rend="; 1tab">Ontdekt aan myn gezigt,</l> <l rend="; 1tab">Soo gy uw <hi rend="i">Geestlik Ligt</hi>,</l> <l>Niet in myn duister hert doed daalen,</l> <l rend="; 1tab">Hoe kan ik u myn leedt</l> <l rend="; 1tab">Ontdekken? Och! hoe weet</l> <l>Ik 't zondig kwaad, daar uit te haalen?</l> <l rend="; 1tab">Zoo niet myn hert bestraalt,</l> <l rend="; 1tab">Die <hi rend="i">Zon</hi> die nooit en daalt.</l> <l>&#160;</l> <l>Ontdekt aan 't zielgezigt, den luister</l> <l rend="; 1tab">Van uw' <hi rend="i">Almogentheid</hi>,</l> <l rend="; 1tab">Dat voor uw <hi rend="i">Majesteid</hi>,</l> <l>Myn hert zig buig; Verbreekt den kluister,</l> <pb n="2"/> <l rend="; 1tab">Die 't willig houd geboeyt:</l> <l rend="; 1tab">Uw <hi rend="i">Heilig Oog</hi> vermoeyt</l> <l>Dees eigen liefd', die 't hert in 't duister,</l> <l rend="; 1tab">Door 't ongeloof besluit.</l> <l rend="; 1tab">Gy kent, ey, redm'er uit!</l> <l>&#160;</l> <l>En leert my, in myn Heilands leyen,</l> <l rend="; 1tab">Myn schult zien: Leerd dit hert,</l> <l rend="; 1tab">Dat nooit, door zonden smert</l> <l>Gevoelden, 't moeder kwaat beschreyen,</l> <l rend="; 1tab">En 't minste misdryf U</l> <l rend="; 1tab">Belyden; doet my nu</l> <l><hi rend="i">'t Onzigtbaar</hi> zien, en willig scheyen,</l> <l rend="; 1tab">Van 't zightbaar; dat berooft</l> <l rend="; 1tab">Myn rust, daar 't rust belooft.</l> <l>&#160;</l> <l>Lyd nooit, dat myn gedachten swayen</l> <l rend="; 1tab">In 't wild; geeft dat ik niet,</l> <pb n="3"/> <l rend="; 1tab">U zoek (die 't hert doorziet)</l> <l>Met hertenloozen dienst te payen.</l> <l rend="; 1tab">Maar eer ik iets verrigt,</l> <l rend="; 1tab">Gering, of van gewigt,</l> <l>Leerd my 't met uwen <hi rend="i">Geest</hi> berayen;</l> <l rend="; 1tab">Opdat zyn raad alleen,</l> <l rend="; 1tab">My leid en anders geen.</l> <l>&#160;</l> <l>Laat my met hertelooze beeden,</l> <l rend="; 1tab">Nooit komen voor uw Oor;</l> <l rend="; 1tab">Weert d'onlust, in 't gehoor</l> <l>Van 't Woord, myn troost, in tegenheeden:</l> <l rend="; 1tab">En als uw hand my drukt,</l> <l rend="; 1tab">Dat wan-hoop nooit verrukt</l> <l>Myn hert in uw beleid te vreeden;</l> <l rend="; 1tab">Ik zie, als 't kruis geen nut</l> <l rend="; 1tab">Doet, hoe gy 't onheil stut.</l> <l>&#160;</l> <pb n="4"/> <l>Och dat ik nooit, myn tong gewenden</l> <l rend="; 1tab">Tot ydel zot gesnap,</l> <l rend="; 1tab">Veel min tot agterklap;</l> <l>En of ik 's naastens feilen kenden:</l> <l rend="; 1tab">Geeft dat ik 't Oordeel schort,</l> <l rend="; 1tab">Op dat ik niet en word</l> <l>Veroordeelt; leert my 't oog te zenden</l> <l rend="; 1tab">In 't eigen hert: daar leid</l> <l rend="; 1tab">Vry meer verdorvenheid.</l> <l>&#160;</l> <l>Laat my nog hert nog hant verbergen,</l> <l rend="; 1tab">Voor d'Armen, die gy my</l> <l rend="; 1tab">Zoo duur belast, dat zy</l> <l>My nooit vergeefs, om bystant vergen:</l> <l rend="; 1tab">Laat my nooit kwaad met kwaad</l> <l rend="; 1tab">Vergelden, dat nog staat,</l> <l>Nog geld-zugt, my tot zonden tergen.</l> <l rend="; 1tab">Geeft dat ik willig duik,</l> <l rend="; 1tab">En nooit myn magt misbruik.</l> <l>&#160;</l> <pb n="5"/> <l>Behoed my voor onnut verkwisten,</l> <l rend="; 1tab">Van woorden, tyd, en goedt;</l> <l rend="; 1tab">Voor leugentaal: en moedt</l> <l>Ik iemand, die geneigd te twisten,</l> <l rend="; 2tab">En vree wel breeken wou;</l> <l rend="; 1tab">Geeft, dat ik vreede hou,</l> <l>En denk, wel, of 't my alles misten,</l> <l rend="; 1tab">Dan ben ik nog te vreen</l> <l rend="; 1tab">Met u, met u alleen.</l> <l>&#160;</l> <l>Ey leerd my zien, of myn geweeten</l> <l rend="; 1tab">My vry spreekt; dat is niet:</l> <l rend="; 1tab">Gy Hertenkenner ziet</l> <l>Myn doen, en zult dat scherper meeten</l> <l rend="; 1tab">Na 't Regt; en 't scheeld'er van</l> <l rend="; 1tab">Maar eghter Jesus kan</l> <pb n="6"/> <l>My redden: hoe 'k my heb gekweeten;</l> <l rend="; 1tab">Nog schort 'er altyd iet.</l> <l rend="; 1tab">Aan zyn voldoening niet.</l> <l>&#160;</l> <l>Weert doodschrik, wilt my sterfkunst leeren,</l> <l rend="; 1tab">Op dat ik nooit verrast</l> <l rend="; 1tab">En word; als gy my wast</l> <l>In 't Bloed van 't Lam, wat kan my deeren?</l> <l rend="; 1tab">Wat houd myn hert beneen?</l> <l rend="; 1tab">Als gy my dit alleen</l> <l>Gelooven doet, ik kan begeeren,</l> <l rend="; 1tab">Het sterven voor gewin.</l> <l rend="; 1tab">Och ja! en 't leid'er in.</l> <l>&#160;</l> <l>Des avonds 't hert u opgedraagen,</l> <l rend="; 1tab">Doorzoekt; 't ontglipt my staag</l> <l rend="; 1tab">Wanneer ik 't ondervraag,</l> <l>Eer ’t werk ten halven overslagen</l> <pb n="7"/> <l rend="; 1tab">Is: wil 't zyn pligt ontvlien.</l> <l rend="; 1tab">Maar leerd het my doorzien,</l> <l>Zoo gy 't doorziet; zoo lang door vraagen</l> <l rend="; 1tab">Dat uwen Geest my Heer!</l> <l rend="; 1tab">Zegt, rust, daar schuylt niet meer.</l> <l>&#160;</l> <l>Dan zal de rust my zoeter weezen</l> <l rend="; 1tab">Als ooit, want uw geduld</l> <l rend="; 1tab">Bedekt d'ondekte schuld;</l> <l>En zoo een ziel wilt gy geneezen</l> <l rend="; 1tab">Die tot u komt berooft</l> <l rend="; 1tab">Van kragt: dit 's my belooft.</l> <l>Zo hoef ik immers niet te vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Den Rechter spreekt my vry:</l> <l rend="; 1tab">Zyn Zoon voldee voor my.</l> </lg> </div> <div type="chapter"> <pb n="8"/> <head rend="h3">II. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Van een dorre Ziel.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">G</hi>elyk het hert, 't welk is met blydschap overtoogen</l> <l rend="; 1tab">Toont door 't gezigt zyn vreugd;</l> <l>Zo ook myn droeve ziel door traanen van myn oogen,</l> <l rend="; 1tab">Betuigd haar ongeneugd:</l> <l>Dog de oogen niet alleen, kan 's hertens-togt getuigen,</l> <l rend="; 1tab">De stem heeft ook zyn kragt.</l> <l>Myn hert dan niet alleen, wil 't oog tot tranen buigen,</l> <l rend="; 1tab">'t Ontlast zig door de klagt.</l> <l>Ik zeg, 't ontlast zig; wel dan moet het immers breeken,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't is in zulken schyn,</l> <l>Het ziet zyn kwaad, en kan daar van met kennis spreeken,</l> <l rend="; 1tab">Maar 'laas! 't en voeld geen pyn.</l> <pb n="9"/> <l>'t Bedriegt zig zelfs en 't keurt de gaven voor genaden,</l> <l rend="; 1tab">De kennis voor 't geloof,</l> <l>'t Vreest maar de straf, en 't meend, 't is met de schuld beladen,</l> <l rend="; 1tab">'t Oor hoord, maar 't hert is doof.</l> <l>Is 't dan gansch hoopeloos? neen, dat kan 't ook niet zeggen,</l> <l rend="; 1tab">'t Steund op uw liefdens kragt;</l> <l>'t Weet, wilt gy eens de hand aan zyn geneezing leggen,</l> <l rend="; 1tab">'t Is haast te regt gebragt.</l> <l>Wiens hert, en is niet dood, zo gy het niet doed leeven?</l> <l rend="; 1tab">Wie heeft oit geestlik goed?</l> <l>'t En zy gy 't in hem werkt, zo kund gy 't my ook geeven,</l> <l rend="; 1tab">Die 't ieder geven moet.</l> <l>Al is 't verstand verblind, al is de wil verdorven,</l> <l rend="; 1tab">Uw Bloed is medecyn;</l> <l>Voor 't alderhertste hert, hebt gy nog heil verworven:</l> <l rend="; 1tab">En, waarom niet voor myn?</l> <pb n="10"/> <l>Zo is 't dan mooglyk; zo mag ik t' immers hoopen,</l> <l rend="; 1tab">Ja! maar 'k wil verder gaan,</l> <l>Ik steun op vaster grond, als op 't onzeker loopen,</l> <l rend="; 1tab">'k Dring op uw waarheid aan.</l> <l>Gy zegt, komt al die dorst; Ik zal uw ziel verquikken.</l> <l rend="; 1tab">Wel Heer al voel ik 't niet,</l> <l>Myn ziel versmagt van droogte en wil van dorst verstikken,</l> <l rend="; 1tab">Dies komt 's op uw gebied.</l> <l>Nooit zend gy leedig weg, die leedig tot u komen,</l> <l rend="; 1tab">En ik ben heel berooft.</l> <l>Kom kragtelooze ziel, is 't alles u benomen?</l> <l rend="; 1tab">Toont dat gy dit gelooft.</l> <l>De waarheid feilt niet, zo kan uw geloof niet feilen,</l> <l rend="; 1tab">Dat op die waarheid staat,</l> <l>Al moet gy dan myn ziel, door holle baaren zeilen,</l> <l rend="; 1tab">'k Weet dat gy zeeker gaat.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="11"/> <head rend="h3">III. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om ons zelven op te wekken tot lijdzaamheid.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">Z</hi>oud 't alziend' Oog zyn oogmerk niet beryken:</l> <l>Of zoud myn ziel uit schrik, van d'Heylbron wyken,</l> <l>Om 't smertlyk kwaad, dat 't aanbrengt in 't geneezen?</l> <l>Neen; wat ik lyd', ik moet geholpen wezen.</l> <l rend="; 1tab">Maar 't schynd myn noodhulp woed,</l> <l rend="; 1tab">En 't Vaderlyk gemoed,</l> <l rend="; 2tab">Ontzeit my 't mededogen,</l> <l rend="; 1tab">Dat my gehandhaaft heeft,</l> <l rend="; 1tab">Waar door my 't herte beeft,</l> <l rend="; 2tab">En 't heil ontwykt myn oogen.</l> <l>&#160;</l> <l>Weerstrevig hert bepleit g' uws Wet-heers weegen,</l> <l>Geneest u 't kruis, en eist g' een andre zegen,</l> <l>Hing 't eindloos heil, aan tydelik vergnoegen;</l> <l>Denk die 't zoo schikt, die kon 't wel anders voegen.</l> <pb n="12"/> <l rend="; 2tab">Maar neen myn ziels fenyn,</l> <l rend="; 2tab">Eist scherper medecyn;</l> <l rend="; 1tab">En steld' hy 't aan myn oordeel,</l> <l rend="; 2tab">Ik koos voor 't goed het kwaad:</l> <l rend="; 2tab">'k Weet dat myn <hi rend="i">Vader</hi> slaat</l> <l rend="; 1tab">Uit liefd' my tot myn voordeel.</l> <l>&#160;</l> <l>Stuit u dien kelk, die u word ingeschonken,</l> <l>Van Jesus hand, die 't grondsop heeft gedronken?</l> <l>Ey leerd dan zien, wat vrugt uw booze werken</l> <l>En erf-schuld baard? hy zal u lydend sterken.</l> <l rend="; 2tab">Gy hebt geen vreezens nood,</l> <l rend="; 2tab">Al stryd gy met de Dood,</l> <l rend="; 1tab">Zyn prikkel is verslonden,</l> <l rend="; 2tab">Door d'alvoedende Vorst:</l> <l rend="; 2tab">En 't Heil daar gy na dorst,</l> <l rend="; 1tab">Kom zuigt het uit zyn wonden.</l> <pb n="13"/> <l>Wek op 't geloof, om <hi rend="i">Jesus</hi> aan te kleeven;</l> <l>Als 't al bezwykt, hy zal u niet begeeven;</l> <l>Steun op dien Rots, hy kon gansch Isrel laven;</l> <l>Versmagte ziel, wilt ge elders henen draven,</l> <l rend="; 2tab">Daar is geen heil-fonteyn,</l> <l rend="; 2tab">Of 't moet by <hi rend="i">Jesus</hi> zyn,</l> <l rend="; 1tab">Daar vind gy zulke schatten,</l> <l rend="; 2tab">Die 't herte niet begrypt,</l> <l rend="; 2tab">Nog 't aards gezigt benypt,</l> <l rend="; 1tab">Maar die 't geloof kan vatten.</l> <l>&#160;</l> <l>O zegenaar kan 't Aards begrip niet vatten</l> <l>'t Verborgen man? zyn 't onwaardeerbre schatten?</l> <l>Laat dan 't geloof daar alles door veragten,</l> <l>'t Kruis, is geen kruis, als d'Hemelsche gedachten</l> <l rend="; 1tab">'t Hert voeren boven 't peyl,</l> <l rend="; 1tab">Van aller styltens steyl;</l> <pb n="14"/> <l rend="; 2tab">Ja 't vind, in druk den zegen,</l> <l rend="; 1tab">Ook door de zwaarste last;</l> <l rend="; 1tab">Gelyk den Palmboom wast,</l> <l rend="; 2tab">'t Heeft nieuwe kragt gekregen.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoud <hi rend="i">'t Eeuwig Goed d'oneindige genaden</hi>,</l> <l>My 't Heil doen zien, en niet met heil verzaden?</l> <l>Zoud hy myn ziel niet met geloof versterken?</l> <l>Daar hy de lust, wou tot geloof inwerken?</l> <l rend="; 1tab">Gy <hi rend="i">Hertenkenner</hi> weet,</l> <l rend="; 1tab">Hoe 'k hinkend stond gereet,</l> <l rend="; 2tab">Om van u af te wyken,</l> <l rend="; 1tab">Maar door uw <hi rend="i">Goedheids</hi> kragt,</l> <l rend="; 1tab">Wierd 't hert, te regt gebragt,</l> <l rend="; 2tab">Eer 't wanhoop deed' bezwyken.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Is niet genoeg d'onfangene weldaden,</l> <l>t' Erkennen, wyl ons 't ligt van Gods genaden,</l> <pb n="15"/> <l>De ziel bestraalt: maar als door duistre vlagen,</l> <l>'t Hert werd gedrukt met ongemeene slagen,</l> <l rend="; 1tab">Zegt in dat ziels verdriet,</l> <l rend="; 1tab">'k Verlaat myn <hi rend="i">Jesus</hi> niet,</l> <l rend="; 2tab">Al schynd hy my te ontvlugten,</l> <l rend="; 1tab">Hy heeft my wel verlost,</l> <l rend="; 1tab">Eer dat ik hoopen kost:</l> <l rend="; 2tab">'k Zal nu niet troostloos zugten.</l> <l>&#160;</l> <l>Uw <hi rend="i">Schutsheer</hi> leeft, wat zal uw hert beroeren?</l> <l>Bezwykt uw kragt, hy zal 't voor u volvoeren,</l> <l>Hy heeft voorzeid', dat hy des levens paden,</l> <l>Met kruis omtuint, wild g' u in wellust baden?</l> <l rend="; 1tab">Gy dwaalt van 't regte spoor;</l> <l rend="; 1tab">Uw <hi rend="i">Jesus</hi> gaat u voor</l> <l rend="; 2tab">Met 't kruis: volgt zonder vreezen:</l> <l rend="; 1tab">Al kond gy 't niet verstaan,</l> <l rend="; 1tab">Gy moet den kruisweg gaan</l> <l rend="; 2tab">Wild g' eeuwig by hem weezen.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="16"/> <head rend="h3">IV. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot opwekking, om ons altyd te vergenoegen in het besluit Gods.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">D</hi>ie in 't besluit zig kan vernoegen,</l> <l rend="; 1tab">En anders niet begeert,</l> <l rend="; 1tab">Dan dat hem God vereert</l> <l>Door 't geen dat hy hem toe wou voegen;</l> <l rend="; 1tab">Bezit een groote schat,</l> <l rend="; 1tab">Al heeft hy niet als dat,</l> <l>Laat hy met zyn Talent maar ploegen.</l> <l>&#160;</l> <l>Die eer gy waart, uw dagen telden,</l> <l rend="; 1tab">Bepaalde al uw verdriet,</l> <l rend="; 1tab">Schoon gy geen uitkomst ziet;</l> <l>Ja 't smert hem zelfs, al wat u kweld; en</l> <l rend="; 1tab">Ey lyd dan met gedult,</l> <l rend="; 1tab">Denk d'uur moet zyn vervult,</l> <l>En 't is myn <hi rend="i">Vader</hi>, die ze stelden.</l> <l>&#160;</l> <pb n="17"/> <l>Hy gaf u kragt, om door te leeven,</l> <l rend="; 1tab">Maar gy verloor dat goed.</l> <l rend="; 1tab">Ziet wat uw <hi rend="i">Vader</hi> doet?</l> <l>Nu heeft hy u zyn Zoon gegeeven</l> <l rend="; 1tab">Daar gy 't weer al in vind;</l> <l>Wilt door 't geloof maar aan hem kleeven.</l> <l>&#160;</l> <l>Nu hoor ik 't Hert weer droevig zuchten;</l> <l rend="; 1tab">Ja: maar die niet gelooft</l> <l rend="; 1tab">Blyft van dat goed berooft.</l> <l>Wat? staakt dees zorgen zonder vrugten:</l> <l rend="; 1tab">God roept u zonder iet,</l> <l rend="; 1tab">Hy geeft dat hy gebiet,</l> <l>Als hy u trekt, wilt gy dan vlugten?</l> <l>&#160;</l> <pb n="18"/> <l>Gy wilt iets in u zelven vinden,</l> <l rend="; 1tab">Eer gy tot <hi rend="i">Jesus</hi> gaat,</l> <l rend="; 1tab">Dit doet u al dit kwaad;</l> <l>Zyn liefde moet uw vrees verslinden,</l> <l rend="; 1tab">Hy heeft de Wet voldaan,</l> <l rend="; 1tab">'t Komt op uw werk niet aan:</l> <l>Steund gy alleen op uw beminde.</l></lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">V. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot ontdekkinge van het onderscheid tusschen de uiterlyke beweeginge in 't hooren van 't woord, en de waare Genade.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">A</hi>L voeld gy uw verstand verligt,</l> <l rend="; 1tab">Denk daarom niet, ik ben geneezen:</l> <l rend="; 1tab">Gy zoud verworpen kunnen weezen,</l> <l>En doen in veelen al uw pligt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="19"/> <l>Al hebt gy lust, en vreugd in 't woord,</l> <l rend="; 1tab">Dat valt wel in een onherbooren,</l> <l rend="; 1tab">Die kan ook 't goet met vreugd wel hooren,</l> <l>En doen al veel op 't geen hy hoord.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoo lang als gy niet verder gaat,</l> <l rend="; 1tab">Weest niet gerust, doorzoekt ter deegen;</l> <l rend="; 1tab">Kond gy wel 't werk van liefde pleegen</l> <l>Om <hi rend="i">Jesus</hi> wil, aan die u haat?</l> <l>&#160;</l> <l>Kond gy uw lusten tegen gaan?</l> <l rend="; 1tab">Ja dood gy al uw aardse leeden?</l> <l rend="; 1tab">Och! was uw hert eens regt besneeden!</l> <l>Gy moest voor geen ding blyven staan.</l> <l>&#160;</l> <l>Myn ziel, gy eist een hooger goed!</l> <l rend="; 1tab">Als <hi rend="i">God</hi> de waereld ooit wou geeven,</l> <l rend="; 1tab">Met recht eischt <hi rend="i">God</hi> iets in uw leeven,</l> <l>Dat nooit geen onherbooren doet.</l> <l>&#160;</l> <pb n="20"/> <l>My dunkt gy zoekt naar 't onderscheid,</l> <l rend="; 1tab">En 't hoort zoo, kragtig uit te steeken,</l> <l rend="; 1tab">In al uw doen, gedaghten, spreeken,</l> <l>Als 't ligt, gesteld by duisterheid.</l> <l>&#160;</l> <l>Wat zie ik goeds in andren Heer?</l> <l rend="; 1tab">Dat 'k in myn ziele niet kan merken,</l> <l rend="; 1tab">Hoe stekenze uit in goede werken?</l> <l>Zy klagen min, maar stryden meer.</l> <l>&#160;</l> <l>Ik vrees de Dood, als 't droevig kwaat,</l> <l rend="; 1tab">Zy zeggen; <hi rend="i">Christus</hi> is myn leeven,</l> <l rend="; 1tab">Zoud hy my in den dood begeeven?</l> <l>Die zelfs voor my zyn leeven laat.</l> <l>&#160;</l> <l>Wat brengt dit ongeloof te weeg?</l> <l rend="; 1tab">'t maakt dat myn ziel niet kan verlangen,</l> <l rend="; 1tab">Om door de dood die kroon t' ontfangen</l> <l>Die <hi rend="i">Jesus</hi> my, zoo dier verkreeg.</l> <l>&#160;</l> <pb n="21"/> <l>Het minste kruis valt my te zwaar,</l> <l rend="; 1tab">Dat 't lichaam drukt, ik leg verslagen,</l> <l rend="; 1tab">En kan nooit eens, gevoelig klagen,</l> <l>Al leid myn ziel in doods gevaar.</l> <l>&#160;</l> <l>Ontferm u Heer! dees' doode ziel,</l> <l rend="; 1tab">Die ongevoelig gaat verlooren,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy eens sprak; zyt wederbooren</l> <l>'k Weet dat ze in onmagt nederviel.</l> <l>&#160;</l> <l>Nu, werpze eens zoo verbryzelt neer,</l> <l rend="; 1tab">Dan zal 's haar zonden zien en klagen,</l> <l rend="; 1tab">Wel blyft een hert u opgedragen,</l> <l>Zoo onrein; waarom lyd gy 't, Heer?</l> <l>&#160;</l> <l>Gy hebt my door uw Bloed gekogt,</l> <l rend="; 1tab">Verrykt, en tot uw Bruid verheeven,</l> <l rend="; 1tab">Ik heb door ontrouw, u begeeven,</l> <l>Uw goed, met boelen doorgebrogt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="22"/> <l>Nog bied gy my de vreede aan:</l> <l rend="; 1tab">Nog zegt gy; 'k zal uw schuld vergeeven,</l> <l rend="; 1tab">Ja! 'k zal u door myn dood doen leeven,</l> <l>Blyft maar niet in u zelven staan.</l> <l>&#160;</l> <l>Wel trekt my uit myn zelven, Heer!</l> <l rend="; 1tab">Door uwe kragt, zoo zal ik loopen,</l> <l rend="; 1tab">Leerd my, gelooven, stryden, hoopen,</l> <l>Dat 's al den troost, die ik begeer.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">VI. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot opwekking van het zwak Geloof</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">N</hi>U herteloozen dienst u niet misnoegt,</l> <l>Hoe derf ik <hi rend="i">Heer</hi>! daar my 't geweeten wroegt,</l> <l>U naken? zoo gy 't werk eens oversloegt,</l> <l rend="; 1tab">Gy zoud het keuren</l> <l>&#160;</l> <pb n="23"/> <l>Voor vals; Ik zing met hertelooze reen,</l> <l>Uw lof; wat dan? zal ik het staaken? neen;</l> <l>Maar 't hert moet mee, wel spreekt maar 't word alleen,</l> <l rend="; 1tab">En 't zal gebeuren.</l> <l>&#160;</l> <l>Ik wagt uw hulp; maar 't is vergeefs mischien,</l> <l>Als 't <hi rend="i">Heilig Oog</hi>, dit starrig hert zal zien,</l> <l>Gy walgt daar van, in plaats van hulp te bien:</l> <l rend="; 1tab">Zult gy 't veragten?</l> <l>&#160;</l> <l>Weg wanhoop! neen; dat 's <hi rend="i">Vaders</hi> oogmerk niet.</l> <l>Verwerpt hy ooit, die hy verleegen ziet,</l> <l>Om hulp in nood? zal ik daar 't nooit geschied</l> <l rend="; 1tab">Dit van hem wagten?</l> <l>&#160;</l> <l>Gy kend dit hert, en egter eist gy 't <hi rend="i">Heer</hi>!</l> <l>Zoo vuil als 't is! om dat gy 't ergste zeer,</l> <l>Geneezen kunt; Ik werp het voor u neer,</l> <l rend="; 1tab">En derf nog hoopen;</l> <l>&#160;</l> <pb n="24"/> <l>Nu gy my roept, en by den Heilbron steld,</l> <l>Daar elk om niet, wie maar zyn nood verteld,</l> <l>Geholpen word? daar zal ik zonder geld</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel rust koopen.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Is al vergeefs gewroet, geen eigen kragt</l> <l>Brengt heil te weeg; maar die geloovig wagt,</l> <l>Verkrygt zyn bee, was dit maar eer bedagt,</l> <l rend="; 1tab">'k Was eer geneezen.</l> <l>&#160;</l> <l>Nu kan dit hert, door keurig onderscheid,</l> <l>Verwerpen, al wat oor, of oog verleid,</l> <l>En 't hunkert staag, om maar in eenzaamheid</l> <l rend="; 1tab">By u te weezen.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Word nimmer moe, in 't zingen van uw lof,</l> <l>Is 't wonder? 't vind weer telkens nieuwe stof,</l> <l>Hoe kan 't ooit zwygen? daar 't nooit smeekten, of</l> <l rend="; 1tab">'t Kreeg nieuwen zeegen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="25"/> <l>Dit hart zweeft staag om hoog, daar 's levens schat</l> <l>Verborgen leit; scheen 't aards voor heen nog wat,</l> <l>Nu min als niet, wat zoud, die 't al bezat,</l> <l rend="; 1tab">By 't Hemels weegen?</l> <l>&#160;</l> <l>Begrypt gy dit, hoe heeft dan 't schepsel iet,</l> <l>Dat u verlokt? Ik vrees dat gy 't maar ziet,</l> <l>Door 't herssen oog; en komt gy verder niet,</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt bedroogen.</l> <l>&#160;</l> <l>Doorzoekt dan 't hert, die op 't geloof alleen</l> <l>Wil zien, is met u kennis niet te vreen, </l> <l>Die u verligt, zal 't ongeloof met reen</l> <l rend="; 1tab">In u niet doogen.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy ziet dit <hi rend="i">Zielfenyn</hi>, maar hoe 't my drukt,</l> <l>Dat ziet gy mee? en waar 't my toe verrukt.</l> <l>Ik vrees dat my in 't eind eens al mislukt,</l> <l rend="; 1tab">Dat ik verwagten.</l> <l>&#160;</l> <pb n="26"/> <l>Daar ik u zwoer, (en 'ken geen zelfs berouw:)</l> <l>Dat ik in doodsgevaar, u redden zou,</l> <l>Wie raad u, myn onwankelbaare trou,</l> <l rend="; 1tab">Zo ligt te agten?</l> <l>&#160;</l> <l>'t Is 't ongeloof, daar deeze vrees uitspruit,</l> <l>Nooit vuilder smet, ontsierde <hi rend="i">Jesus Bruid</hi>,</l> <l>Geen valser toon kwam ooit in 't lofgeluit.</l> <l rend="; 1tab">Myn Eer te rooven,</l> <l>&#160;</l> <l>Die vrees verbergt een heimelik verwyt,</l> <l>Gy agt my ontrou, om dat gy het zyt</l> <l>Wat is 't dan, of gy my met woorden vleyt,</l> <l rend="; 1tab">Gy moest gelooven.</l> <l>&#160;</l> <l>Wel Hertenkenner, slaat gy zoo nauw gaa,</l> <l>Myn feilen? 'k zie, by u komt niets te staa;</l> <l>'t Geloof alleen daar schat gy 't alles naa,</l> <l rend="; 1tab">Ey wilt dat geeven?</l> <l>&#160;</l> <pb n="27"/> <l>Aan my, die 't smeekend van uw hand verwagt,</l> <l>Dan zal dees yverlooze ziel met kragt</l> <l>Betuigen, hoe zy 't heil, haar toegebragt</l> <l rend="; 1tab">Zoekt te beleeven.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">VII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot opwekking om ons te leeren onze dagen te tellen.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">H</hi>et Sonneligt, is myn gezigt ontweeken,</l> <l rend="; 1tab">Denk, of den Landheer nu eens komen mogt, </l> <l rend="; 1tab">En zeid? Waar is den dag mee doorgebrogt?</l> <l>Nu is uw levens uur verstreeken,</l> <l>'t Is dan tyd, dat ik met u reeken,</l> <l rend="; 1tab">Wat hebt gy al gewrogt?</l> <l>&#160;</l> <pb n="28"/> <l>Want elken dag, word by hem aangeschreeven,</l> <l rend="; 1tab">(Hy zeid, drie jaaren, heb ik vrugt verwagt.)</l> <l rend="; 1tab">En doen dien boom geen vrugten voort en bragt,</l> <l>Hy zeid: Roei uit. en zoud gy leeven?</l> <l>Die hem nooit vrugten heeft gegeeven,</l> <l rend="; 1tab">Maar zyn gedult veragt.</l> <l>&#160;</l> <l>Leerd dan voorzigtiger, uw dagen tellen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo deezen dag die niet geeindigt heeft,</l> <l rend="; 1tab">Denk 't is te lang, zoo lang daar heen geleeft,</l> <l>Zoo g' uw bekeering uit wilt stellen,</l> <l>'t Versuim, dat zal u namaals kwellen,</l> <l rend="; 1tab">Als hy niet meer vergeeft.</l> <l>&#160;</l> <l>Hy gund nog deeze uur, om toe te treeden,</l> <l rend="; 1tab">Bekeerd u; smeekt den Rechter om genaa.</l> <l rend="; 1tab">'t Is waar; opregt berouw komt nooit te spaa,</l> <pb n="29"/> <l>Maar die dat werken wil op heeden,</l> <l>Zoud 't namaals weigeren met reeden,</l> <l rend="; 1tab">Slaat dan den tyd wel gaa.</l> <l>&#160;</l> <l>Ontlast uw hert, van al dees aardsche zorgen,</l> <l rend="; 1tab">Daar 't ongeloof u mee bekroopen heeft,</l> <l rend="; 1tab">Denkt immers weet ik, dat myn Vader leeft,</l> <l>Myn nood en is hem niet verborgen,</l> <l>Vertrout hem ook den dag van morgen,</l> <l rend="; 1tab">Die 't heeden alles geeft.</l> <l>&#160;</l> <l>Ontziet u 't zondig zeer, niet zondig aan te raaken,</l> <l rend="; 1tab">Ontdekt uw herts-geheim, die alles kend,</l> <l rend="; 1tab">Geen open hert hy ledig van hem zend,</l> <l>Och neen! Hy wil 't eerst heilig maaken,</l> <l>Dan kund gy eerst, u zelfs verzaaken,</l> <l rend="; 1tab">Als g' u aan God gewend.</l> <l>&#160;</l> <pb n="30"/> <l>Nu zal myn ziel, u in de nagt begeeven,</l> <l rend="; 1tab">Nu ik in duister wandel zonder ligt:</l> <l rend="; 1tab">Nog zal ik hoopen, want dit is myn pligt,</l> <l>Al schynt g' u van my af te keeren,</l> <l>'k Weet, nooit zal ik uw gunst ontbeeren,</l> <l rend="; 1tab">'t Schort my maar aan 't gezigt.</l> <l>&#160;</l> <l>Hoe heerlik is de nagt die zoo in 't stryden</l> <l rend="; 1tab">Werd doorgebragt, als van dien worstelaar,</l> <l rend="; 1tab">Hoe word 'm aan 't morgenligt, Gods heil gewaar?</l> <l>Hy moet ons zeegenen in 't scheiden,</l> <l>Ja; wil hy niet ons zelfs geleiden,</l> <l rend="; 1tab">Wy willen niet van daar.</l> <l>&#160;</l> <l>Want of my 't zonneligt al kwam bestraalen,</l> <l rend="; 1tab">Myn blind verstand, zou kromme weegen gaan,</l> <l rend="; 1tab">Geleid my dan op dien verheeven baan,</l> <pb n="31"/> <l>Daar zelfs geen dwaaze op kan dwaalen,</l> <l>Myn ziel weet nergens kragt te haalen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo gy 's alleen laat staan;</l> <l>&#160;</l> <l>Wilt dan op my, dat reine water gieten,</l> <l rend="; 1tab">Dien Geest, dien gy belooft tot onderpand,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziele dorst, gelyk het dorre land,</l> <l>Daar beek, nog bron-aar door en vlieten</l> <l>Zo gy dan vrugten wilt genieten,</l> <l rend="; 1tab">Bevogtigd' dat gy plant:</l> <l>&#160;</l> <l>Dan zal Geloof, en Hoop, en Liefde bloeien,</l> <l rend="; 1tab">'t Is maar myn ziel dat g' op uw dorheid ziet,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy nog klaagt, dat dit geen wortel schiet,</l> <l>Neen; denkt die 't plant, zal 't wel doen groeien,</l> <l>Loopt maar, laat u geen werk vermoeien,</l> <l rend="; 1tab">Hy eist u anders niet.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="32"/> <head rend="h3">VIII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om weg te neemen die valsche gevolgen, die het vleesch wil trekken, uit Gods eeuwig besluit.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">I</hi>ndien 't al naar zyn wyze raad</l> <l>Zoo uitvalt, als hy eens gesprooken</l> <l rend="; 1tab">Heeft: zoo 't besluit nooit om en slaad,</l> <l>Maar alle tegenstand verbrooken,</l> <l>Myn ziel in luiheid neergedooken,</l> <l rend="; 1tab">Vraagt; wat dan stryd, of smeeken baat?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Maar hoe! dit is zyn wys beleyd</l> <l>Beknibbelt; foei: stuit die gedagten:</l> <l rend="; 1tab">Die u port tot gesmeek en stryd:</l> <l>En zeid, myn Kind; wilt dog verwagten</l> <l>Myn hulp; hy leerd u niet betragten,</l> <l rend="; 1tab">Zyn wil, die hy verbergt; maar zeyd:</l> <l>&#160;</l> <pb n="33"/> <l rend="; 1tab">Wat treed gy in zyn Raadsbesluit?</l> <l>Steun op zyn woordt, dat kan niet feylen,</l> <l rend="; 1tab">'t Geen hy belooft heeft, voert hy uit,</l> <l>Nooit wou hy 't eind, van 't middel deylen,</l> <l>Zal uw vernuft, 't onpeilbaar peylen,</l> <l rend="; 1tab">En al verwerpen wat u stuit?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Hy leerd u zonder tegenstel,</l> <l>Te bidden, dat zyn wil geschiede,</l> <l rend="; 1tab">Gy zegt; die doed hy evenwel;</l> <l>En zoekt zoo maar uw pligt t' ontvliede,</l> <l>Gy vraagt, waarom hy 't wou gebiede,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy moest doen op zyn bevel.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Maar weinig word dees bee bedagt,</l> <l>Ik zugt, om d' uitslag van 't verborgen,</l> <l rend="; 1tab">Dit neemt gy Hertenkenner agt,</l> <pb n="34"/> <l>En zegt myn kind, gy moet nooit zorgen</l> <l>Voor 't eind; nog voor den dag van morgen,</l> <l rend="; 1tab">Als gy maar myn bevel betragt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">O gadeslager van myn Hart!</l> <l>Doorzoeker van myn ziels gebreeken!</l> <l rend="; 1tab">Myn Redder, als my vrees benart!</l> <l>Ey: laat my toe nog eens te spreeken?</l> <l>Kend gy myn nood, eer ik koom smeeken?</l> <l rend="; 1tab">Waar toe ontdek ik u myn smert?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Om dat uw lyden werd verzoet,</l> <l>Als gy uw hert eens uit meugt klagen,</l> <l rend="; 1tab">Niet dat ik daar door weeten moet,</l> <l>Waarom u 't kruis te helpen dragen,</l> <l>Daar ik 't gebie, hoe durft gy vraagen</l> <l rend="; 1tab">Naar reeden; waarom dat gy 't doet?</l> <l>&#160;</l> <pb n="35"/> <l rend="; 1tab">Nu zie ik Heer; ik heb gedwaalt.</l> <l>Ik wou 't beslooten boek doorleezen,</l> <l rend="; 1tab">En daar 't besluit myn zorg bepaalt,</l> <l>Daar kon ik nooit, gerust in weezen,</l> <l>Ja 't geen, myn zieldruk moest geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Daar heb ik d'onrust uitgehaald.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Maar nu gy 't zielverraad ontdekt,</l> <l>Naspeurder van myn warr-gedagten,</l> <l rend="; 1tab">Nu voel ik, hoe gy kragtig trekt,</l> <l>Die op uw hulp, geloovig wagten,</l> <l>En hoe 't besluit, dat eerst myn klagten</l> <l rend="; 1tab">Verwekten: nu myn troost verwekt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Want als my 't ongeloof benart,</l> <l>Dit woordt versterkt my in 't vertrouwen,</l> <l rend="; 1tab">Dat die maar eens gelooft, volhart,</l> <pb n="36"/> <l>Om dat u nooit, 't besluit zal rouwen</l> <l>Waar door myn ziel, werd vast gehouwen,</l> <l rend="; 1tab">Hoe zeer zy ook geslingert werd!</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Ik dwaald', en wierd te regt gebrogt,</l> <l>Alleen; om dat gy my beminde,</l> <l rend="; 1tab">Ik had u immers nooit gezogt,</l> <l>Doen gy u zelfs van my liet vinden,</l> <l>Wie kan dees liefden-band ontbinden,</l> <l rend="; 1tab">Voor eeuwig in 't besluit verknogt?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Vreest gy de dood? 't is buiten reen</l> <l>Myn ziel; doed die, een Christen beeven?</l> <l rend="; 1tab">Van al, dat <hi rend="i">Jesus</hi> heeft geleen,</l> <l>Geniet gy in dit tydlik leeven,</l> <l>Maar kleine vrugt; hy wil u geeven,</l> <l rend="; 1tab">Niet, als een voorsmaak; hier beneen. </l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="37"/> <head rend="h3">IX. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Van een steenig Hert om zig zelven op te houden.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">O</hi>G was myn ziel, aan <hi rend="i">Jesus</hi> zoo gebonden?</l> <l rend="; 1tab">Dat ik hem nimmer los en liet,</l> <l rend="; 1tab">Dan deerd' my kwelling nog verdriet,</l> <l>'t Word al door <hi rend="i">Jesus</hi> liefd verslonden.</l> <l>&#160;</l> <l>'k Weet, dat hy my de ziel eens wou bewerken,</l> <l rend="; 1tab">En breeken maar dit steenig hert,</l> <l rend="; 1tab">Zoo dat het gansch verbryzeld wert,</l> <l>Dan zoud ik regt myn zonden merken.</l> <l>&#160;</l> <l>Og! dat ik eens gevoelig konde zugten!</l> <l rend="; 1tab">Maar laas! 't komt nu, als uit een steen,</l> <l rend="; 1tab">En vliegt slegts met den aasem heen,</l> <l>Myn Heiland, wagt gy zulke vrugten?</l> <l>&#160;</l> <pb n="38"/> <l>Og neen! ik weet, gy moet myn ziel geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Of, daar is hoop, nog hulp, nog raadt,</l> <l rend="; 1tab">Laat gy my Heer, in zulken staat,</l> <l>En zoud ik van de uwe weezen?</l> <l>&#160;</l> <l>Wat vind ik dog, daar op ik mag vertrouwen?</l> <l rend="; 1tab">Wat is 'er, in dit steenig hert?</l> <l rend="; 1tab">Daar door 't nog opgehouden wert,</l> <l>En daar 't zyn hoop nog op wil bouwen.</l> <l>&#160;</l> <l>Een weinig trek, Ja, zoo ik 't trek mag noemen,</l> <l rend="; 1tab">Tot Jesus, tot geloof, en deugd,</l> <l rend="; 1tab">Zoo klein; 'k vrees, 't is maar valsche vreugd,</l> <l>Myn steenig hert, hoe durf je 't roemen?</l> <l>&#160;</l> <l>Zoo klein als 't is, nog houd ik 't voor een teeken,</l> <l rend="; 1tab">Dat hy zyn Bloed, voor my vergoot,</l> <l rend="; 1tab">'t Geen 't my beteekend is zoo groot,</l> <l>Dit steenig hert, moet daar door breeken.</l> <l>&#160;</l> <pb n="39"/> <l>Maar nooit en was 'er zwaarder stryd van binnen,</l> <l rend="; 1tab">Als nu ik hier wil vast op staan,</l> <l rend="; 1tab">De Helsche macht, die grypt my aan,</l> <l>Maar Jesus kragt zal 't al verwinnen.</l> <l>&#160;</l> <l>Kom dan myn ziel, hangd dit meer aan 't gevoelen,</l> <l rend="; 1tab">Want dat en is u, niet belooft,</l> <l rend="; 1tab">Geniet gy 't eens. 't word haast verdooft,</l> <l>'t Geloof alleen, stilt al dit woelen.</l> <l>&#160;</l> <l>Dit zwak geloof, dat Jesus aan wil kleeven,</l> <l rend="; 1tab">Hoe wel, het Jesus voelt, nog ziet,</l> <l rend="; 1tab">Daar op vermag den Duivel niet,</l> <l>Hoe hy 't bestryd, 't zal altijd leeven.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="40"/> <head rend="h3">X. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Een Overdenking van zich zelvs.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">M</hi>yn Heiland, geeft van 't Hemels, my een voorsmaak,</l> <l rend="; 1tab">Gy ziet myn ziel, is zoo aan 't Aards gewend,</l> <l>Zy mint het Hemels niet; en wat is d' oorzaak?</l> <l rend="; 1tab">Zy mint het niet. om dat zy 't niet en kend.</l> <l>&#160;</l> <l>Hoe kend zy 't niet, door hooren en door leezen?</l> <l rend="; 1tab">Og ja! zy weet 't is onwaardeerlik goed,</l> <l>Ook heeft zy 't andere daar voor aan gepreezen,</l> <l rend="; 1tab">Nog kend zy 't niet, gelyk zy 't kennen moet.</l> <l>&#160;</l> <l>Zy zou, indien zy 't kende, alles agten</l> <l rend="; 1tab">Voor schaad', en drek, wat oor, of oog verleid,</l> <l>'t Zou 't zwaarste kruis, haar niet alleen versagten,</l> <l rend="; 1tab">Maar doen belaggen, wat zy nu beschreid.</l> <l>&#160;</l> <pb n="41"/> <l>Gy maakt my, tot die Heerlikheit geneegen,</l> <l rend="; 1tab">Waar in bestaatze? Eer ik my vergis,</l> <l>In 't zoeken; word die schat wel ooit verkreegen?</l> <l rend="; 1tab">Ja: die is heerlik, die heel heilig is.</l> <l>&#160;</l> <l>Nogtans die heilig leeft, heeft in 't bezonder,</l> <l rend="; 1tab">Meer stryds, als die zyn hert in 't aarts verlust,</l> <l>Dit 's ver van heerlik zyn, wel dat 's geen wonder?</l> <l rend="; 1tab">Daar Vlees, en Geest is, heeft men nimmer rust.</l> <l>&#160;</l> <l>Scheid, heilig nooit, en heerlik van malkander,</l> <l rend="; 1tab">Maar laat de ziel, die d' eerstelingen heeft</l> <l>Den vollen Oogst vry wagten, 't is geen ander</l> <l rend="; 1tab">Maar 't zelve goed, dat hy volmaakter geeft.</l> <l>&#160;</l> <l>Nu voel ik 't eerst, ik ben van 't heil verschooven,</l> <l rend="; 1tab">Want gy zoekt vrugten, en ik vind 'er geen,</l> <l>Grypt zyn beloften aan, gy moet gelooven</l> <l rend="; 1tab">Hy zal 's u geeven, eist ze maar alleen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="42"/> <l>Mag 't zondig Hert gelooven? is 't wel reeden?</l> <l rend="; 1tab">Dat Jesus 't heil, aan my heeft toegezeid?</l> <l>'t Zyn zondaars al, daar hy voor heeft geleeden</l> <l rend="; 1tab">Gelooft maar; niets dat u dan van hem scheid.</l> <l>&#160;</l> <l>Och kond ik Heer? gy moet m' er kragt toe geven,</l> <l rend="; 1tab">Zal ik gelooven; wel kom eist die dan;</l> <l>Ja; eerst moet gy myn doode ziel doen leeven;</l> <l rend="; 1tab">Eer ik, gelyk ik moet, die eischen kan.</l> <l>&#160;</l> <l>Nog is 'er hoop; laat maar uw hert bewerken,</l> <l rend="; 1tab">Veragt dien dag der kleine dingen niet,</l> <l>Ik geef u 't leeven, en dit kond gy merken,</l> <l rend="; 1tab">Nu gy met smert, uw Hert zoo doodig ziet.</l> <l>&#160;</l> <l>Is dit genoeg? Och neen; nu moet gy stryden?</l> <l rend="; 1tab">Wek op 't geloof, al hebt gy Kleine kragt?</l> <l>Gy zult my looven, en met vreugd belyden,</l> <l rend="; 1tab">Dat ik u geef, al wat gy van my wagt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="43"/> <l>Gy Hertekenner weet, dat al myn zugten</l> <l rend="; 1tab">Maar is naar Heiligheid, ziet, hoe zy klaagd,</l> <l>Dees' dorre boom, om dat zy zonder vrugten</l> <l rend="; 1tab">Staat: Ey, besproeidze, dat zy vrugten draagd.</l> <l>&#160;</l> <l>Moet eerst de Noorden wind, met stuurze vlaagen,</l> <l rend="; 1tab">Myn Hof doorwaaien; eer zy vrugtbaar wert?</l> <l>Wel, zeidze; kom myn ziel; gy moetze draagen,</l> <l rend="; 1tab">'t Is troost genoeg, hy zuivert u door smert.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy zegt op 't drooge, zult gy stroomen gieten:</l> <l rend="; 1tab">Nu dorst myn ziel naar u, als 't dorre land,</l> <l>En 't heigend hert, naar verse watervlieten,</l> <l rend="; 1tab">Zy wagt ook van uw trouw, dit onderpand.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="44"/> <head rend="h3">XI. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om het hert op te wekken tot lydzaamheid, in ongevoeligheid, zig door 't geloof te ondersteunen.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">H</hi>oe kan de lydzaamheid verkwikken,</l> <l rend="; 1tab">De ziel, die onder 't kruis versmagt.</l> <l rend="; 1tab">Hoe neemds' op 's Vaders bystand agt?</l> <l>Hoe leerd 's ons op Gods oogmerk mikken.</l> <l>&#160;</l> <l>Al word het lydzaam hert bestreeden,</l> <l rend="; 1tab">Met ongedult als 't kruis haar drukt,</l> <l rend="; 1tab">Haar wapen werd haar nooit ontrukt,</l> <l>Niet stuit haar smeekende gebeeden.</l> <l>&#160;</l> <l>Haar moed bezwykt, door 't heevig stryden,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't zinkend hert word ondersteund,</l> <l rend="; 1tab">Als zy geloovig op hem leund,</l> <l>Die 't alles voor haar schuld kon lyden.</l> <l>&#160;</l> <pb n="45"/> <l>Haar kruis verzwaart, haar kragt vermindert</l> <l rend="; 1tab">Nog ziet 's in 's Vaders wys beleid,</l> <l rend="; 1tab">Een uitkomst, zoo vol heerlikheid,</l> <l>Dat niets haar hoopens lust verhindert.</l> <l>&#160;</l> <l>Maar ongevoeligheid in 't lyden,</l> <l rend="; 1tab">Heeft m' onder schyn van lydzaamheid,</l> <l rend="; 1tab">De ziel bekroopen, ik ben 't kwyt</l> <l>'t Geen 't lydzaam hert behoud in 't stryden,</l> <l>&#160;</l> <l>Zeg is 't gevoelig, al verlooren?</l> <l rend="; 1tab">Maar 't komt op geen gevoelen aan,</l> <l rend="; 1tab">'t Geloof houd 's in de liefde staan</l> <l>Die 't zwaarste kruis niet uit kan smooren.</l> <l>&#160;</l> <l>Ja liefd? Och kond ik liefde voelen?</l> <l rend="; 1tab">Tot Jesus, had ik strydens lust,</l> <l rend="; 1tab">'t Is Hertenkenner u bewust,</l> <l>Wat vreugd ik vond, in 't angstig woelen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="46"/> <l>Al voeld gy liefd, nog lust in 't stryden,</l> <l rend="; 1tab">Al voeld gy, nog geloof nog hoop?</l> <l rend="; 1tab">Ontbind maar nooit der liefden knoop,</l> <l>En wilt maar nooit van Jesus scheiden.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoekt dit myn ziel, maar vast te stellen,</l> <l rend="; 1tab">Ik wil doch nooit van Jesus gaan:</l> <l rend="; 1tab">'t En komt dan, op uw kragt niet aan,</l> <l>Hy steund u, zoud uw gramschap vellen?</l> <l>&#160;</l> <l>Rust hier op veilig buiten vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Gy, zoekt uw Jesus maar alleen,</l> <l rend="; 1tab">Al is uw hert, zoo hard als steen,</l> <l>Zyn Bloed kan 't hardste hert geneezen;</l> <l>&#160;</l> <l>Begeeft u onder Jesus lommer,</l> <l rend="; 1tab">In 't heevig steeken van de zon,</l> <l>Kom, laaft uw dorst, aan 's Leevens bron,</l> <l>Versmagte ziel! en lost uw kommer.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="47"/> <head rend="h3">XII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om niet te bezwyken wanneer de middelen kragteloos zyn.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">H</hi>oe komt, dat g' aan den midd'len kleeft?</l> <l>Myn ziel! die door 't geloof moet stryden,</l> <l rend="; 1tab">Ontgaan 's u, denk myn noodhulp leeft,</l> <l rend="; 1tab">Die nooit, als die hem eerst begeeft,</l> <l rend="; 2tab">Verlaat in 't lyden.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Hy handhaaft u, als nood u drukt,</l> <l>Niets stuit zyn magt, als zyn behaagen,</l> <l rend="; 1tab">'t Is door Gods kragt, zoo 't middel g'lukt,</l> <l rend="; 1tab">Wat reen dan, als hy 't u ontrukt,</l> <l rend="; 2tab">Om zoo te klaagen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="48"/> <l rend="; 1tab">Dat nooit Gods magt met 't middel end,</l> <l>Heeft in de wildernis, gescheenen,</l> <l rend="; 1tab">Wat brooden, waren daar ontrend,</l> <l rend="; 1tab">Voor zo veel volks? en niemand zend</l> <l rend="; 2tab">Hy hongrig heenen?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Maakt my dit staag, indagtig, Heer,</l> <l>Als alle middelen, my begeeven,</l> <l rend="; 1tab">Dat ik geloovig wagten leer,</l> <l rend="; 1tab">In 't raadloos werk, word meest uw eer,</l> <l rend="; 2tab">Door d' hulp verheeven;</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Laat nu door 't ergste kwaad myn ziel!<lb/> U nooit, met wanhoop overstelpen,</l> <l rend="; 1tab">Denk die 't belooft, nog kragt behiel,</l> <l rend="; 1tab">Schoon, 't alles in myn oog verviel,</l> <l rend="; 2tab">Om my te helpen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="49"/> <l rend="; 1tab">Nu zugt ge en zegt: Ja waar 't belooft,</l> <l>'k Weet 't feilde niet. Staakt daar 't begeeren,</l> <l rend="; 1tab">Hy zal 't geen u de rust berooft,</l> <l rend="; 1tab">(Neemt hy 't niet weg?) dit dan gelooft</l> <l rend="; 2tab">Ten besten keeren.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Uw Schuts-Heer, die u gadeslaat,</l> <l>(Schoon gy 't niet vat) zal 't werk beklemmen</l> <l rend="; 1tab">Dat d' uitkomst, naar zyn oogmerk gaat,</l> <l rend="; 1tab">Is 't middel' zwak? voor statig kwaat</l> <l rend="; 2tab">Hy zal 't nog temmen.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="50"/> <head rend="h3">XIII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot Opwekking om God te looven.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">W</hi>as iemand ooit, zoo is myn ziel verbonden,</l> <l rend="; 1tab">Om uwen lof, te zingen overluit,</l> <l rend="; 1tab">Hoe heeft dit dan, zoo telkens weer gestuit?</l> <l>Als ik my dit, heb onderwonden,</l> <l>'k Had stof, en woordengalm gevonden,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't hert, sloeg agter uit.</l> <l>&#160;</l> <l>Bedrieglik hert, hoe laat gy my verleegen?</l> <l rend="; 1tab">'t Verligt verstand, en 't overtuigd gemoed,</l> <l rend="; 1tab">Port m' aan tot lof; en kan u zulken goed</l> <l>Tot dankbaarheid, nog lof beweegen?</l> <l>Ist' Hertenkenner, dan al zeegen,</l> <l rend="; 1tab">Voor my, dat g' aan my doed?</l> <l>&#160;</l> <pb n="51"/> <l>Dit hert word overtuigd, maar niet bewoogen,</l> <l rend="; 1tab">Och ziet! hoe 't my door list, in 't werk ontgleid?</l> <l rend="; 1tab">Gy hebt my staag, in myn verleegenheid</l> <l>Geredt; en kond gy nu gedoogen?</l> <l>Daar my dit hert, zoo vaak geloogen,</l> <l rend="; 1tab">Heeft weer uw dienst ontzeid.</l> <l>&#160;</l> <l>Kan herteloozen dienst u niet vernoegen?</l> <l rend="; 1tab">Hoe laat gy dan, myn ziel in zulken staat?</l> <l rend="; 1tab">Al ben ik raadeloos, gy weet nog raadt,</l> <l>En woud gy Heer, gy kond het voegen,</l> <l>Dat woordengalm, en hertstogt, sloegen</l> <l rend="; 1tab">Uw lof, op eenen maat?</l> <l>&#160;</l> <l>Myn noodhulp, g' hoeft niet veel beslags te maaken,</l> <l rend="; 1tab">Spreekt maar een woord, geen werk valt u te zwaar,</l> <l rend="; 1tab">Hoe wierd myn doode ziel, uw kragt gewaar?</l> <pb n="52"/> <l>Als gy 's eens woud gevoelig raaken,</l> <l>Kan door uw hulp ze al verzaaken,</l> <l rend="; 1tab">En vreesden geen gevaar.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy voeld zyn kragt, myn ziel, wat zal u kwellen?</l> <l rend="; 1tab">Kom loof dien Zeegenaar, met hert en keel!</l> <l rend="; 1tab">Bent g' overstelpt? geniet gy al te veel?</l> <l>En zyn zyn daaden niet te tellen?</l> <l>Kond gy die niet in order stellen?</l> <l rend="; 1tab">Verhaalt maar 't meeste deel.</l> <l>&#160;</l> <l>Hoe hebt gy my, van eeuwigheid verkooren'?</l> <l rend="; 1tab">Myn Jesus! g' hebt my door uw Bloed gekogt,</l> <l rend="; 1tab">En doen ik van u dwaalde; weer gezogt,</l> <l>Gy hebt my door uw Geest, herbooren;</l> <l>Ik zugt, en straks gy woud my hooren</l> <l rend="; 1tab">Eer dat ik 't zelver dogt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="53"/> <l>Gy zaagt my nooit, in nood, om hulp verleegen:</l> <l rend="; 1tab">Gy red m' er uit, eer dat ik 't hoopen kost:</l> <l rend="; 1tab">Eer dat ik schier te smeeken had begost,</l> <l>Ik had myn beed, en meer verkreegen,</l> <l>'t Was telkens weer, een nieuwen zeegen,</l> <l rend="; 1tab">Die 'k nog bedenken most.</l> <l>&#160;</l> <l>Hoe toond gy my, uw voorzorg en genaden?</l> <l rend="; 1tab">Als gy my hebt myn beed', uit gunst ontzeid,</l> <l rend="; 1tab">Daar ik op drong uit onbedagtzaamheid,</l> <l>'k Ontzegd u; zegt gy; niet ten kwaaden,</l> <l>Kreegt gy 't myn kind? het zoud u schaden</l> <l rend="; 1tab">Daar gy my zoo om vleid.</l> <l>&#160;</l> <l>Drukt my uw hand, gy zult myn ziel geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Gy perst die wond, die stinkend was vervuilt,</l> <l rend="; 1tab">Gy, onderzoekt m' en toont m' eens wat 'er schuilt,</l> <pb n="54"/> <l>Doe 'k weeldrig zat; 'k meend iets te weezen,</l> <l>'t Geswollen herte, slinkt door vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Nu gy uw hand verruilt.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Gaat met uw zeegen Heer, als met de zonden,</l> <l rend="; 1tab">De veelheid, die beneveld ons gezigt,</l> <l rend="; 1tab">De beezigste, in d' onderzoekens pligt,</l> <l>En kon nog nooit, de diepten gronden,</l> <l>Ja 't minste deel, word niet gevonden</l> <l rend="; 1tab">Van die gy meest verligt. </l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XIV. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Hoe lust vaak meer als kennis doet in God te looven.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">D</hi>ie nooit Parnas, nog Helicon, bekroopen</l> <l rend="; 1tab">Heeft; nog gedronken uit den Hengsten bron,</l> <l rend="; 1tab">Wie leert haar zingen? die nooit kuize Non,</l> <l>En sprak; nog les ontving van Caliope:</l> <l>&#160;</l> <pb n="55"/> <l>Gy vraagt niet, wie my leerd! verveeld' u 't zingen?</l> <l rend="; 1tab">Ik duik in 't duister; hebt gy styl? ik stof,</l> <l rend="; 1tab">En die vol op, ik zing, myn 's Heilands lof;</l> <l>Wou 't hert maar mee, 'k zweeg nooit, wie zou my dwingen.</l> <l>&#160;</l> <l>Maar dat ontglipt my, hertelooze reeden,</l> <l rend="; 1tab">Zyn 't; herssen vrugt is 't, die hy weinig agt;</l> <l rend="; 1tab">Kom, overtuigd dan 't hert, 't is in uw magt;</l> <l>Zegt, zonder u, my walgt, aan lof, en beeden.</l> <l>&#160;</l> <l>Dit woord alleen kan al die onlust weeren,</l> <l rend="; 1tab">Myn hert zingt mee, nu word het eerst gewaar,</l> <l rend="; 1tab">Die 't lied will zingen, met die Hemels schaar,</l> <l>Moet hier de wys, al stamelende leeren.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Is overstelpt, geen woorden galmen, uiten</l> <l rend="; 1tab">Die Heerlikheid, die 't hert en oog bespiet!</l> <l rend="; 1tab">My dunkt, gy zegt, eind zoo dit nieuwe lied?</l> <l>Neen onmagt kan myn stem, maar lust niet stuiten.</l> <l>&#160;</l> <pb n="56"/> <l>Myn zanglust word door tegenstand herbooren,</l> <l rend="; 1tab">Kom help maar zingen, wie myn Koning eerd?</l> <l rend="; 1tab">Al zyn wy schor, denk, die ons zingen leerd,</l> <l>Heeft lust om 't kirren van zyn duyf te hooren;</l> <l>&#160;</l> <l>Zing op myn ziel; 't is 't lied van uw beminde,</l> <l rend="; 1tab">Dat ik u verg; denk wat hy voor voor u dee?</l> <l rend="; 1tab">En hoe gewillig, gy die hel-angst lee?</l> <l>Doen hy uw leeven, in zyn dood, moest vinden.</l> <l>&#160;</l> <l>Kan al die wil, aan dit rantzoen geraaken?</l> <l rend="; 1tab">Ja: al die 't wil, gelyk 't hem Jesus bied;</l> <l rend="; 1tab">Hy zeid; kom al die dorst; hy eist u niet,</l> <l>Als dit; gy moet u zelfs daar voor verzaaken.</l> <l>&#160;</l> <l>Maar of zoo 't niemand wou, waar 't heil verlooren?</l> <l rend="; 1tab">Dit kostlik Bloed, wierd dan vergeefs gestort:</l> <l rend="; 1tab">Och neen! hy weet voor wien 't vergooten word;</l> <l>Die heeft hy al, van eeuwigheid verkooren.</l> <l>&#160;</l> <pb n="57"/> <l>Wat heeft myn Heiland, tot dit werk bewoogen?</l> <l rend="; 1tab">Was 't dat hy zag, dat ik gelooven zou?</l> <l rend="; 1tab">Neen; ik had niet, als dat hy geeven wou:</l> <l>'t En was geen deugd in my, 't was zyn medoogen</l> <l>&#160;</l> <l>Tot my; hoe heeft hy my juist uitgevonden,</l> <l rend="; 1tab">Ik was zyn vyand, eer hy voor my lee,</l> <l rend="; 1tab">Wel vind gy niets myn ziel, waar hy 't om dee</l> <l>Te meerder zyt gy tot zyn dienst verbonden.</l> <l>&#160;</l> <l>Wat teeken vind ik, dat hy my verkooren</l> <l rend="; 1tab">Heeft? toont my 't Hertenkenner is 'er iet?</l> <l rend="; 1tab">Gy zoekt uw Jesus; en gy zogt hem niet,</l> <l>Had hy u door zyn Geest niet wederboren;</l> <l>&#160;</l> <l>Ik mogt door 't ongeloof, dit pand verbeuren,</l> <l rend="; 1tab">Och neen! gy word door Jesus kragt bewaart,</l> <l rend="; 1tab">Houd u aan 't woord, waar zyt gy in bezwaart?</l> <l>Die hy verkiest, zal niemand van hem scheuren.</l> <l>&#160;</l> <pb n="58"/> <l>Daar zugt myn ziel in onmagt aan uw voeten,</l> <l rend="; 1tab">Zy zeid; zegt gy voor my, t' is al volbragt?</l> <l rend="; 1tab">Wie ben ik Heer? dat gy uw liefdens kragt,</l> <l>Aan my bewyst; en voor myn schuld wilt boeten?</l> <l>&#160;</l> <l>Ik weet dit heil, myn hert nauw op te dringen,</l> <l rend="; 1tab">Voldoende God, nu zwyg ik uit ontzag,</l> <l rend="; 1tab">En daar 't geschaapen oog, niet in zien mag,</l> <l>Daar wil ik door 't geloof, myn lust van dwingen.</l> <l>&#160;</l> <l>Zeid u zyn woord, 't is zoo zyn welbehaagen,</l> <l rend="; 1tab">Wagt u myn ziel dat gy nooit verder vraagt,</l> <l rend="; 1tab">Denk hoe de Heer, die van Bethseemes plaagt,</l> <l>Die oneerbiedig, in de Arke zaagen.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="59"/> <head rend="h3">XV. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om zoo tegenstreevig niet te zyn in het Kruis.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">W</hi>aar vind ik hulp? my dunkt 't is al verlooren,</l> <l rend="; 2tab">Want ziet, dit steenig hert,</l> <l>Is geesteloos, ten voeld nog vreugd, nog smert,</l> <l rend="; 1tab">Ik vrees, 't zal in die doodslaap smooren,</l> <l rend="; 1tab">Want nooit en zag ik weederbooren,</l> <l rend="; 2tab">Als ik nu ben verwert.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoo 't heigend hert, naar versche waterbronnen</l> <l rend="; 2tab">Rend; als 't van dorst versmagt:</l> <l>Dat gy uw ziel, eens aan den Heilbron bragt;</l> <l rend="; 1tab">'s Is doot; dat 's nu te laat verzonnen;</l> <l rend="; 1tab">Ei sleep s' er? die de dood verwonnen</l> <l rend="; 2tab">Heeft, geeft haar levens kragt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="60"/> <l>Trekt gy ze Heer? myn kragt is lang bezweeken,</l> <l rend="; 2tab">Ik leg vergeefs en wroet,</l> <l>Hy zal; erkend maar, dat s' er weezen moet,</l> <l rend="; 1tab">Want had gy hem, uw ziels gebreeken</l> <l rend="; 1tab">Slegs eer ontdekt, 't had eer gebleeken,</l> <l rend="; 2tab">Wat kragt dien Heilbron doed.</l> <l>&#160;</l> <l>Maar wilt dien Zielgeneezer, nooit verdenken</l> <l rend="; 2tab">Als 't vogt niet even zoet</l> <l>Is; en de keel een teugje zwelgen moet,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy hem liever niet zaagt schenken;</l> <l rend="; 1tab">'t Is tot geneezing, zou 't u krenken?</l> <l rend="; 2tab">Hy weet waar hy 't om doet.</l> <l>&#160;</l> <l>Och! wou hy my, door zoeten drank geneezen:</l> <l rend="; 2tab">Ik voel hoe 't bitter stuit;</l> <l>Ei klaag niet! hy dronk zelvs, het grondsop uit:</l> <pb n="61"/> <l rend="; 1tab">Dit zal maar wat van 't klaarste weezen,</l> <l rend="; 1tab">En zoud gy iets te drinken vreezen?</l> <l rend="; 2tab">Dat uit die Heilbron spruit?</l> <l>&#160;</l> <l>Ja; of gy most myn hert hier toe beweegen,</l> <l rend="; 2tab">Dat ik uw kragt gewaar</l> <l>Wierd, anders valt my 't ligste kruis te zwaar,</l> <l rend="; 1tab">En als ik weer, myn wens' verkreegen</l> <l rend="; 1tab">Heb; hangt myn hert, meer aan den zeegen,</l> <l rend="; 2tab">Als aan den Zegenaar.</l> <l>&#160;</l> <l>Dit zielfenyn, is zoo diep, ingekroopen,</l> <l rend="; 2tab">Dat of gy al belooft,</l> <l>In 't kruis leid heil, ik zie dat over 't hoofd,</l> <l rend="; 1tab">En zoek dien band, staag los te knoopen,</l> <l rend="; 1tab">Want als gy zeegent, kan ik hoopen,</l> <l rend="; 2tab">Daar 't kruis myn rust berooft.</l> <l>&#160;</l> <pb n="62"/> <l>Hier leid de haak, en zyt gy nog verwondert?</l> <l rend="; 2tab">Hoe dat gy niet geneest?</l> <l>'t Is dat gy zoo voor 't bitter drankje vreest;</l> <l rend="; 1tab">Gy zegt, schenkt al; maar uitgezonderd,</l> <l rend="; 1tab">Dit een; en zoo verwierp g' er honderd,</l> <l rend="; 2tab">Die heilzaam, zyn geweest.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy toond my 't kwaad, wel help m' er tegenstryen;</l> <l rend="; 2tab">Myn kragt doed hier geen baat,</l> <l>Och neen! zoo gy u op uw kragt verlaat,</l> <l rend="; 1tab">En u door 't zienlik, laat verlyen,</l> <l rend="; 1tab">Maar zoekt uw hert daar af te scheyen,</l> <l rend="; 2tab">Zoo overwind gy 't kwaad.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy raad my door 't geloof alleen te leeven,</l> <l rend="; 2tab">Ik heb dat lang beoogt;</l> <l>Maar eer gy my daar, kragtig toe bewoogt,</l> <pb n="63"/> <l rend="; 1tab">'t Vlees heeft my staag te rug gedreeven,</l> <l rend="; 1tab">Kom, wilt dan 't vlees, den doodsteek geeven?</l> <l rend="; 2tab">Gy die 't alleen vermoogt.</l> <l>&#160;</l> <l>Die vyand weg; zoo is de stryd gewonnen,</l> <l rend="; 2tab">Geen lyden kan my schaan:</l> <l>Tast toe; nu hebt gy maar den slag te slaan?</l> <l rend="; 1tab">Myn vlees, doe ik 't alleen begonnen</l> <l rend="; 1tab">Had; zyt gy telkens weggeronnen</l> <l rend="; 2tab">Maar neen! nu moet g' er aan.</l> <l>&#160;</l> <l>Nu is den stryd ten eind; door uw genaden,</l> <l rend="; 2tab">Myn vyand leid ter neer.</l> <l>Hou! Blyft gewapend, hy verheft zig weer;</l> <l rend="; 1tab">Hy zoekt u listig te verraden,</l> <l rend="; 1tab">Maar nooit en zal zyn list u schaden,</l> <l rend="; 2tab">Waakt op zyn weederkeer.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="64"/> <head rend="h3">XVI. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om de ydele Gedachten tegen te gaan.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">M</hi>yn ziel, wel spilt gy zoo den tyd?</l> <l>Dat gy laat uw gedagten zwayen,</l> <l>In 't wild? Wie zal 't gewisse payen,</l> <l rend="; 1tab">Als het u dit te laat verwyt?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Gy vind u boven 't woords bevel,</l> <l>Verpligt door uw beloft, en eeden,</l> <l>Niet meer dien dwaalweg in te treeden,</l> <l rend="; 1tab">En egter doed gy 't evenwel?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Word by den Regter opgesteld</l> <l>Niet woorden slegs, maar ook gedagten,</l> <l>Wat hebt g' een Reekening te wagten?</l> <l rend="; 1tab">En nog myn ziel al niet onsteld?</l> <l>&#160;</l> <pb n="65"/> <l rend="; 1tab">Zyn zeegen, heeft u nooit geraakt,</l> <l>Om 't hert, van 't ydel af te keeren</l> <l>Zyn dood, die u most sterven leeren,</l> <l rend="; 1tab">U daar toe nooit regt willig maakt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Al 't kruis word van u afgebeen,</l> <l>Niet in 't gemeen, maar elk bezonder,</l> <l>En zoekt gy Jesus? Zoo is 't wonder,</l> <l rend="; 1tab">Want die ging langs den kruisweg heen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Wel vond gy Heer, nooit herder hert?</l> <l>Vind ook uw eer in 't overtuigen,</l> <l>Een doode ziel, die zig nooit buigen</l> <l rend="; 1tab">Liet, na 't gewigt van 't kwaad, tot smert.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Toont hoe zy dwaaslyk overslaat!</l> <l>Het geen ligt nooit, en zal gebeuren,</l> <l>Die 't hert van 't ydel niet kan scheuren,</l> <l rend="; 1tab">Ontweldigt haar dit ziels verraat.</l> <l>&#160;</l> <pb n="66"/> <l rend="; 1tab">Doet door de strengheid van uw wet,</l> <l>Myn wandel daar, tweestrydig tegen,</l> <l>Den vloek my voelen; en verleegen,</l> <l rend="; 1tab">Staan; uitzien, wie my daar van red?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Ei breekt daar door, dees harde key!</l> <l>Maakt van dees oogen, tranen beeken!</l> <l>Dan zal s' om troost vrymoedig smeeken,</l> <l rend="; 1tab">Die 't nooit gebrooken hert ontzey.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Dan heeft de wet, zyn werk volbragt,</l> <l>Als zy u overtuigd van zonden;</l> <l>Kom dan myn ziel, na Jesus wonden,</l> <l rend="; 1tab">Daar werd dit harde hert verzagt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Zoekt hulp, daar s' u is toebereid!</l> <l>Die zig liet voor uw zonden straffen,</l> <l>Kan u alleen, dit heil beschaffen</l> <l rend="; 1tab">Dat hert en oog uw schuld beschreid.</l> <l>&#160;</l> <pb n="67"/> <l rend="; 1tab">Daar nooit de wet, verbreeking wrocht;</l> <l>Mag zoo een ziel, tot Jesus naaken?</l> <l>Wat zoud haar 't heilig offer raaken?</l> <l rend="; 1tab">Die nooit haar doodschuld tot hem brogt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Neen Jesus Bloed komt niet te baat,</l> <l>Die 't kwaad wel ziet, en niet kan zugten,</l> <l>En of ze kend haar bittre vrugten,</l> <l rend="; 1tab">Nog klagten stort, nog zonden laat.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Waar toe u zelf die strik gesteld</l> <l>Myn ziel, dit 's weer uw oude wezen?</l> <l>Hy kan verwonden en geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Kom, klaag hem maar al wat u kweld;</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Ja; die tot Jesus komen kost,</l> <l>Hy moet my trekken, zal ik loopen,</l> <l>Breekt hy 't geslooten hert niet open,</l> <l rend="; 1tab">Daar werd nog zugt, nog klagt, gelost.</l> <l>&#160;</l> <pb n="68"/> <l>Maar of verdwelmdheid my ontzeid</l> <l rend="; 1tab">Al 't heil, myn hoop stuit die gedachten</l> <l>Al hoord myn Jesus zugt nog klagten</l> <l rend="; 1tab">Nog ziet hy myn verleegentheid.</l> <l>&#160;</l> <l>Laat nooit de hoop uw hert ontvlien,</l> <l rend="; 1tab">'t Is ligt na by, dat gy zult hooren,</l> <l>Waar dwaalt gy heen, myn uitverkooren?</l> <l rend="; 1tab">'t Is tyd, om naar u uit te zien.</l> <l>&#160;</l> <l>Dat deeze stem nooit door en sloeg,</l> <l rend="; 1tab">En gy nog mist dit liefdeteeken,</l> <l>En schort niet, aan uw Jesus spreeken,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't is in 't hert niet stil genoeg.</l> <l>&#160;</l> <l>Die over zee, en wind, gebied,</l> <l rend="; 1tab">Kan ook dit ydel hert haast stillen,</l> <l>Hy kan d' onwillige, doen willen,</l> <l rend="; 1tab">Dit is 't; daar al myn hoop op ziet.</l> <l>&#160;</l> <pb n="69"/> <l>Wel op die hoop, nu dan gerust,</l> <l rend="; 1tab">'t Gekrookte riet, word nooit verbrooken,</l> <l>Nog 't glimmend Vlas, geblust in 't zmooken,</l> <l rend="; 1tab">Dit zyt gy immers, wel bewust.</l> <l>&#160;</l> <l>Ja; dit heeft zoo 't verstand gevat,</l> <l rend="; 1tab">Maar had uw geest my onderweezen,</l> <l>En my geloovig dit doen leezen</l> <l rend="; 1tab">Die kennis had, meer kragt gehad.</l> <l>&#160;</l> <l>Doorzoekt u zelvs al met verdrag;</l> <l rend="; 1tab">Of zoekt gy weer, uw ziel te kwellen?</l> <l>Neen; maar dit hert, gerust te stellen,</l> <l rend="; 1tab">Met iets, daar 't vast op steunen mag.</l> <l>&#160;</l> <l>Wel zegt dan, wat gy hebben most?</l> <l rend="; 1tab">Uw Vader zal 't u ook al geeven;</l> <l>Dat ik, die kennis mogt beleeven,</l> <l rend="; 1tab">En 't geen ik weet, gelooven kost.</l> <l>&#160;</l> <pb n="70"/> <l rend="; 1tab">Denk d' uur en is noch niet vervult,</l> <l>Maar nooit heeft my die hoop bedroogen,</l> <l>Wilt dit in al uw doen beoogen,</l> <l rend="; 1tab">'t Is zeeker dat gy 't krygen zult.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">'k Heb 't Hertenkenner u vertrouwt;</l> <l>Geef dat ik in die hoop mag vinde,</l> <l>Een teeken dat gy myn beminde,</l> <l>En dat ze daar door nooit verflouwt.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XVII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Over de noodwendigheid, van zelfs verleegentheid, alleen spraaken, en uitschietende Gebeeden.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">G</hi>Y overtuigd my van uw waarheid!</l> <l rend="; 1tab">Bestraal myn duister, door uw klaarheid!</l> <pb n="71"/> <l rend="; 1tab">Op dat ik u regt kennen mag,</l> <l>En kennende, u mag beminnen,</l> <l rend="; 1tab">Dat my, uw Majesteits ontzag,</l> <l>Doe al verzaaken, wat myn zinnen</l> <l>Door tooverkunst, wist in te winnen,</l> <l rend="; 1tab">En my van u te scheiden plag.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Myn Konink, niets is zoo bevallig,</l> <l rend="; 1tab">Hoe heerlyk 't is, en hoe lieftallig,</l> <l rend="; 1tab">Dat buiten u, myn ziel rust geeft;</l> <l>Ja of my 't schepzel, wil bekruipen,</l> <l rend="; 1tab">Door schyn van goedheid, die het heeft,</l> <l>Om neffens u, in 't hert te sluipen,</l> <l>'k En zal nooit, voor dien afgod stuipen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo lang myn Jesus in my leeft.</l> <l>&#160;</l> <pb n="72"/> <l rend="; 1tab">Dit 's herssenvreugd, maar trek doch voordeel,</l> <l rend="; 1tab">Uit uw verligt verstand en oordeel,</l> <l rend="; 1tab">Heeft Jesus door zyn trouwe min,</l> <l>My aardworm, tot zyn Bruid verheven?</l> <l rend="; 1tab">En zou myn zinnelooze zin,</l> <l>Myn hert nog doen, aan 't schepzel kleeven?</l> <l>Neen; 'k zal 't in 't hert geen plaats meer geeven,</l> <l rend="; 1tab">Daar mag niets by myn Jesus in.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Och waar 't gelykt uw woorden uiten?</l> <l rend="; 1tab">Sloot gy al 't zielverraad zoo buiten?</l> <l rend="; 1tab">Maar gy zyt anders overtuigt,</l> <l>Dien Hertenkenner ziet uw treeken,</l> <l rend="; 1tab">Hoe gy u voor dien Afgod buigd,</l> <l>Terwyl gy hem beveynst komt smeeken,</l> <l>Wilt u dan aan uw lusten wreeken</l> <l rend="; 1tab">Daar uit gy gal, voor hooning zuigt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="73"/> <l rend="; 1tab">Hy stort op u zyn gulden Reegen,</l> <l rend="; 1tab">En wil dat gy van deezen zeegen,</l> <l rend="; 1tab">Ontvanger zyn zult, voor 't gemeen,</l> <l>Die stroomen moeten buiten vlieten,</l> <l rend="; 1tab">'t Is ontrouw, houd gy 't maar alleen.</l> <l>Den Armen moet zyn deel genieten,</l> <l>Hy zeid, 'zoud d' uitgift u verdrieten?</l> <l rend="; 1tab">'t Is 't myn; Ik gaf 't u maar te leen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Ontelbaar tuigen, doen my weeten,</l> <l rend="; 1tab">Wat zonden zyn, en niet en heeten;</l> <l rend="; 1tab">Dit 's 't ziel verraad, dat meest verleid,</l> <l>Och! help my die met magt bestreien,</l> <l rend="; 1tab">'t Is Ongeloof, en Gierigheid,</l> <l>En eigen Liefde, niet te scheien</l> <l>Van 't hert, Ei wilt s' er niet in leien!</l> <l rend="; 1tab">Of maak my 't hert met een dan kwyt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="74"/> <l rend="; 1tab">Ik werp het willig, voor uw voeten,</l> <l rend="; 1tab">Zoo gy het maakt, zal 't weezen moeten</l> <l rend="; 1tab">'k Neem nooit die zorg weer t' mynen last,</l> <l>Gy zults ook nooit weer overgeeven;</l> <l rend="; 1tab">Wat gy eens aangrypt, houd gy vast!</l> <l>Daar mag ik zorgeloos op leeven,</l> <l>Een Christen, wat zou die doen beeven?</l> <l rend="; 1tab">Daar 't alziend Oog zoo nau op past.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Zyn 't niet myn Heiland 't vlees zyn lagen,</l> <l rend="; 1tab">Die 't hert my doen, zoo zorgloos waagen,</l> <l rend="; 1tab">Daar gy my stryd, en werk gebied?</l> <l>En 't smalle pad zoo stip betreeden;</l> <l rend="; 1tab">Ja, dreigt gy, ieder mistrée, ziet</l> <l>Die, word ze niet met smert beleeden,</l> <l>Uw ooren toestopt, voor myn beeden,</l> <l rend="; 1tab">Doet dit, maar zorg voor d' uitkomst niet.</l> <l>&#160;</l> <pb n="75"/> <l rend="; 1tab">Zou 't vlees uw hert tot Jesus brengen?</l> <l rend="; 1tab">Die daar zyn lust nooit zou gehengen?</l> <l rend="; 1tab">Neen; daar toe is de geest van nood,</l> <l>Dit 's blindlings u te laaten leyen,</l> <l rend="; 1tab">Of gy 't niet vat; als ik 't gebood;</l> <l>Uw wil dan na myn wil te vlyen,</l> <l>En voeld gy hulp nog troost in 't stryen,</l> <l rend="; 1tab">Dan nog al hoopen in de dood.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Maar mag een ziel, die zugt, nog klagten?</l> <l rend="; 1tab">Geloovig uit uw geest verwagten?</l> <l rend="; 1tab">Ja stomme beed'laresse byd',</l> <l>Maar 't hert is dood; wel dat 's de reeden,</l> <l rend="; 1tab">Al schreyt gy niet, uw nood die schreyt;</l> <l>Daar heeft myn Jesus voor geleeden,</l> <l>Al hoord hy dan, nog klagt, nog beeden,</l> <l rend="; 1tab">Nog ziet hy myn verleegenheyt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="76"/> <l rend="; 1tab">Dit de reen van 't angstig woelen,</l> <l rend="; 1tab">Gy eist geloof; en ik gevoelen.</l> <l rend="; 1tab">Ontbind myn Heiland maar die strik:</l> <l>Ik zal 't u zoo gerust vertrouwen,</l> <l rend="; 1tab">In doods gevaar zyn zonder schrik</l> <l>Gy zult my 't noodig niet onthouwen,</l> <l>Maar my uw heil noch doen beschouwen,</l> <l rend="; 1tab">Geloovig; voor den laatsten snik.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">'t Valt zwaar; in duister staag te wand'len;</l> <l rend="; 1tab">Maar wilt gy Heer, met my zoo hand'len?</l> <l rend="; 1tab">Zoo is't my heilzaamst, voor dees tyd,</l> <l>Gy laat my uit uw Oog, nooit dwaalen,</l> <l rend="; 1tab">Al klaagt myn ziel, ik ben hem kwyt;</l> <l>Nog zal 't uw voorzorg, zoo bepaalen.</l> <l>Gy zult myn pad, met ligt bestraalen</l> <l rend="; 1tab">Of zelfs my leiden, daar gy zyt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="77"/> <l rend="; 1tab">Zoo meent gy 't deel der Lievelingen,</l> <l rend="; 1tab">Uw Jesus uit de hand te wringen:</l> <l rend="; 1tab">Maar door wat regt? Ik eist om niet,</l> <l>Die raadloos staat om hulp verleegen,</l> <l rend="; 1tab">Hy nooit mistroostig, van hem stiet,</l> <l>'k Heb part nog deel, aan deezen zeegen,</l> <l>Most ik hem door myn deugd, beweegen</l> <l rend="; 1tab">Die maar op myn elende ziet.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Zou 'd dan al, d' Arme toebehooren,</l> <l rend="; 1tab">Dit heil? Ja; al zyn uitverkooren,</l> <l rend="; 1tab">Wie tuigd; dat gy zyt van dit tal?</l> <l>Die my niet anders, doed beoogen,</l> <l rend="; 1tab">Als niets te zyn; en Jesus 't al;</l> <l>En na myn kinderlyk vermoogen,</l> <l>Met hert en mond zyn lof verhoogen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo lang ik adem scheppen zal;</l> <l>&#160;</l> <pb n="78"/> <l rend="; 1tab">'k Vind in 't bespieglen van uw goedheid,</l> <l rend="; 1tab">Uw Raad en Majesteit; meer zoetheid</l> <l rend="; 1tab">Als 't waerelds wigt in 't aards gebied;</l> <l>Dit 's Heerlik zyn; uw eeuwig looven</l> <l rend="; 1tab">Hier stamlend' leeren, 't nieuwe lied;</l> <l>Om met die Hemels schaar daar boven,</l> <l>Daar nooit myn stem en zal verdooven,</l> <l rend="; 1tab">Te zingen, anders wens ik niet.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XVIII. Bedenkinge</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Ter Beproevinge van zich zelfs.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">Z</hi>eg op myn ziel, wat zoud gy meer begeeren?</l> <l rend="; 1tab">Zoo God eens vraagden, wat gy eischen woud?</l> <l>Most hy u Vrienden, Goed, of Staat vermeeren?</l> <l rend="; 1tab">Neen; 't is genoeg, die 't in zyn gunst behoud.</l> <l>&#160;</l> <pb n="79"/> <l>Ontbreekt u Goed, Genoegen, Staat en Vrinden,</l> <l rend="; 1tab">Wat is 't, daar uw begeert, dan staag na sweeft?</l> <l>Ik staroog maar alleen, op myn beminden,</l> <l rend="; 1tab">'k Ben niet vernoegt, voor hy zig zelvs my geeft.</l> <l>&#160;</l> <l>Wat teekens eist gy? als gy 't moogt bemerken,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy hem hebt; die u vernoegen moet?</l> <l>Dat hy myn ziel wild' in 't geloof versterken,</l> <l rend="; 1tab">'t Onzigtbaar zoeken deed, voor 't zigtbaar goed.</l> <l>&#160;</l> <l>Als gy myn hert verbryzelt, en de zonden,</l> <l rend="; 1tab">Zoo bitter maakt, dat ik om 't zielsfenyn,</l> <l>Mag snakken, na die Balsem, uit zyn wonden,</l> <l rend="; 1tab">Dat hy my zelvs trekt by dien Heilfonteyn.</l> <l>&#160;</l> <l>Leerd my zyn geest den zin van 't woord bezinnen,</l> <l rend="; 1tab">Geeft hy my kragt, door 't teeken van 't verbond,</l> <l>Te haaten wat hy haat, en mind, te minnen,</l> <l rend="; 1tab">Dit 's teeken, dat ik hem in 't teeken vond.</l> <l>&#160;</l> <pb n="80"/> <l>Dat hy als Koning, in my mag regeeren,</l> <l rend="; 1tab">Dat hy my stervens kunst in voorspoed leerd,</l> <l>Als ik hem door myn dood, maar kan vereeren,</l> <l rend="; 1tab">Dat langer leeflust, van my zy geweerd.</l> <l>&#160;</l> <l>Wat eisch ik Heer? het deel der Lievelingen,</l> <l rend="; 1tab">Om dat gy my dit uiterlik verleend:</l> <l>Meend u dien zegen, uit de hand te wringen?</l> <l rend="; 1tab">Een hert zoo vals, zoo vadzig, zoo versteend.</l> <l>&#160;</l> <l>Nog onlangs hebt gy 't woord, met traage ooren</l> <l rend="; 1tab">Zoo slaaprig, oneerbiedig aangehoort,</l> <l>En meend gy, dat hem dit niet komt te vooren,</l> <l rend="; 1tab">Die zoo zwaar dreigd 't veragten van zyn Woord.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoud hy uw kruipende gebeden, agten?</l> <l rend="; 1tab">Die gy niet verder voelt, als in den mond;</l> <l>Dit zyn myn ziel, maar vliegende gedagten,</l> <l rend="; 1tab">Waar van gy zelfs. nooit regt de kragt verstond.</l> <l>&#160;</l> <pb n="81"/> <l>Ja; 't leid'er zoo, en erger nog van binnen,</l> <l rend="; 1tab">Maar mag ik daarom niet, tot Jesus gaan?</l> <l>Moet ik eerst uit myn zelfs, iets goeds beginnen?</l> <l rend="; 1tab">Die peen, heeft nooit in zyn verbond gestaan,</l> <l>&#160;</l> <l>Hy zegt, kend maar alleenlyk uw gebreeken,</l> <l rend="; 1tab">Dan eist hy nog, dat hy my geeven moet,</l> <l>Zoo kan geen zonde my, van 't heil versteeken?</l> <l rend="; 1tab">Als 't ongeloof, daar 't hert mee leyd en wroet.</l> <l>&#160;</l> <l>Kan ik myn zelvs, van 't ongeloof geneezen?</l> <l rend="; 1tab">Neen, dat komt ook al van mynen Jesus voort.</l> <l>Wat moet 'er dan in my, te vooren weezen?</l> <l rend="; 1tab">Hy eist u niet, verwagt hem op zyn woort.</l> <l>&#160;</l> <l>Hy zag u eerst, versmoort in uwe zonden,</l> <l rend="; 1tab">Doe sprak hy: Leefd, daar toe hy u verkloekt.</l> <l>Hy heeft u uit meedoogen, eerst gevonden,</l> <l rend="; 1tab">En dat is d'oorspronk, daar gy hem door zoekt.</l> <l>&#160;</l> <pb n="82"/> <l>Zoo agt gy 't zoeken, een onfeilbaar teeken,</l> <l rend="; 1tab">Dat hy in my het geestlyk leeven wrogt,</l> <l>Ik vrees in 't eind, 't eens anders uit zal breeken</l> <l rend="; 1tab">En dat hy nooit aan zulke zoekers dogt.</l> <l>&#160;</l> <l>Die Jesus zoekt, daar Jesus word gevonden,</l> <l rend="; 1tab">Die konnen deeze teekens niet ontgaan,</l> <l>Hy haat met ernst, en overwind de zonden,</l> <l rend="; 1tab">En ik, was met dit pak, nooit regt belaan.</l> <l>&#160;</l> <l>Zoo haast gy 't geestlik leeven hebt ontvangen,</l> <l rend="; 1tab">Heeft doch de zonden u, de ziel ontsteld,</l> <l>Want hoe zoud gy, na Jesus zoo verlangen,</l> <l rend="; 1tab">Had hy u niet verlost, uit doods geweld?</l> <l>&#160;</l> <l>Maar nu gy 't geen gy hebt, in 't werk zoud stellen,</l> <l rend="; 1tab">Nu trekt gy 't al in twyfel zonder vrugt,</l> <l>Gy moest Gods daaden, aan uw ziel vertellen,</l> <l rend="; 1tab">En dits 't begin, dat gy na Jesus zugt,</l> <l>&#160;</l> <pb n="83"/> <l>Wat gy nu eist, zyn volgende genaden,</l> <l rend="; 1tab">Die hy u ook zal geeven, 't zyner tyd,</l> <l>Die hongrig zyn, wil hy met heil verzaden,</l> <l rend="; 1tab">Dit 's u belooft, volhert maar in den stryd.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy Hertenkenner, sterkt my in 't verlangen:</l> <l rend="; 1tab">Ei! wilt myn beede gunstig gade slaan?</l> <l>Mag ik eens voor myn dood, dien troost ontfangen,</l> <l rend="; 1tab">Laat dan uw dienstmaagd, Heer, in vreede gaan!</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XIX. Een Overdenkinge,</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Dat die met Christus vereenigd is, behoord nooit te vreezen.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">A</hi>ls ik myn Jesus voel, zoo is myn ziel geneezen,</l> <l>Als ik hem niet en voel, ben ik in staage vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Dat komt door 't ongeloof, dat stuit, als 't voeld nog ziet,</l> <l rend="; 1tab">'t Geloof houd Jesus vast, al voeld het Jesus niet.</l> <l>&#160;</l> <pb n="84"/> <l>Als hy in 't schipken is, geen onweer kan het schaaden,</l> <l>Die in gevaar hem bidt, behoud hy in genaden,</l> <l rend="; 1tab">Zegt Heer, Ei stild den storm, van myn onrust gemoed!</l> <l rend="; 1tab">Dat g' eens deed aan de zee, nu aan myn ziele doed.</l> <l>&#160;</l> <l>Schoon hy u dan bestraft, eerst zal hy 't onweer stillen,</l> <l>Zoo maakt hy u bekwaam, tot hooren en tot willen,</l> <l rend="; 1tab">Van al wat hy gebied; 't geloof word zoo versterkt,</l> <l rend="; 1tab">Het overwind de vrees, die al de onrust werkt.</l> <l>&#160;</l> <l>'k Heb lang myn ziel gekwelt, om 't missen van 't gevoelen,</l> <l>Nu is dit nog myn rust, in dit onrustig woelen,</l> <l rend="; 1tab">Te hangen aan de rots, door 't anker van de Hoop;</l> <l rend="; 1tab">Die maar aan Jesus kleeft, en mist nooit in zyn loop.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="85"/> <head rend="h3">XX. Bedenkinge</head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">H</hi>oe kan, een duisterling,</l> <l rend="; 2tab">Haar zonden, kennen?</l> <l rend="; 1tab">Die nooit den geest ontving,</l> <l rend="; 2tab">Aan 't goed doen wennen?</l> <l>Hoe kan u zoeken, die u nooit en kenden,</l> <l rend="; 1tab">Nog werpt dit hert, haar neer,</l> <l rend="; 1tab">Voor u die 't ergste zeer,</l> <l rend="; 1tab">Geneest en ziet niet meer,</l> <l rend="; 2tab">Als op d' ellenden.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Heer, immers kend gy al</l> <l rend="; 2tab">Myn ziels gebreken.</l> <l rend="; 1tab">Ontelbaar in 't getal,</l> <l rend="; 2tab">Niet uit te spreeken,</l> <pb n="86"/> <l>Is 't goed, dat ik ondankbaar heb genooten?</l> <l rend="; 1tab">Dies 't overtuigd gemoed</l> <l rend="; 1tab">Klaagd, lyd gy dat zoo woed</l> <l rend="; 1tab">Een ziel, daar gy uw Bloed</l> <l rend="; 2tab">Voor hebt vergooten?</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Met woorden wil ze nu,</l> <l rend="; 2tab">Haar schuld beleyen,</l> <l rend="; 1tab">Doch daar mee tergt zy u,</l> <l rend="; 2tab">Kan 't hert niet schreyen?</l> <l>Wat hoop voor haar, te steunen op uw goedheid?</l> <l rend="; 1tab">Nu 't maar by woorden blyft,</l> <l rend="; 1tab">En 't zondig hert verstyft:</l> <l rend="; 1tab">Ik vrees, gy 't van u dryft,</l> <l rend="; 2tab">Daar 't u te weer leid.</l> <l>&#160;</l> <pb n="87"/> <l rend="; 1tab">Uw Naam is wonderlyk;</l> <l rend="; 2tab">Zoo zyn uw daaden,</l> <l rend="; 1tab">Hoe ver ik van u wyk,</l> <l rend="; 2tab">Wat kromme paaden,</l> <l>Ik inslaa; uit uw Oog kan ik nooit dwaalen,</l> <l rend="; 1tab">'t Weerstreevig hert, hoe 't rend,</l> <l rend="; 1tab">Ontglipt u nooit in 't end,</l> <l rend="; 1tab">Als gy maar 't Oog eens wend,</l> <l rend="; 2tab">Om 't weer te haalen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Weest Koning, heerscht in 't hert!</l> <l rend="; 2tab">Dryf uit de zonden!</l> <l rend="; 1tab">Kan 't niet zyn zonder smert?</l> <l rend="; 2tab">Slaa diepe wonden!</l> <l>Maar kan 't geschien trek my met liefde zeelen!</l> <pb n="88"/> <l rend="; 1tab">'t Zy voor of tegenspoed,</l> <l rend="; 1tab">Geeft, wat gy aan my doed,</l> <l rend="; 1tab">Dat alles dienen moet</l> <l rend="; 2tab">Om 't hert te heelen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Heer ziet: dit hert staat met</l> <l rend="; 2tab">Zig zelvs verleegen,</l> <l rend="; 1tab">Gy kond; toont, hoe gy 't redt!</l> <l rend="; 2tab">En wat al zeegen</l> <l>Zy wegdraagd, die 't by u gelooft te vinden,</l> <l rend="; 1tab">Hoe 't leeven nog de dood,</l> <l rend="; 1tab">Haar van u scheid; geen nood,</l> <l rend="; 1tab">Uw voorzorg is te groot,</l> <l rend="; 2tab">Voor die gy minden.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Dit weet ik maar wat is 't?</l> <l rend="; 2tab">'t Geloof ontbreekt my,</l> <pb n="89"/> <l rend="; 1tab">Eist Jesus wat gy mist,</l> <l rend="; 2tab">Gy krygt het, spreekt vry,</l> <l>Eer ik 't geloof kon eischen, woud gy 't geeven,</l> <l rend="; 1tab">Door 't straaltje dat gy schiet,</l> <l rend="; 1tab">In 't hert, al voel ik niet,</l> <l rend="; 1tab">Zoek ik, nu gy 't gebied</l> <l rend="; 2tab">U aan te kleeven.</l> </lg> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XXI. Meditatie</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Over Lucas 2. Vs. 13.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">N</hi>U gy belooft uw geest, wie s' eischt te geeven,</l> <l rend="; 1tab">Zie ik, daar gy dit hert, zoo haakend ziet,</l> <l rend="; 2tab">Naar uwen geest; geen eind aan 't ziel verdriet?</l> <l>Krygt naar uw woord, uw geest en 't nieuwe leven.</l> <l rend="; 1tab">Al wie 't u eist: wel waarom ik dan niet?</l> <l>&#160;</l> <pb n="90"/> <l>Wat houd my 't hert, met vrees voor 't eind beslommert,</l> <l rend="; 1tab">Ik weet, dat gy 't voor my voleinden zult.</l> <l rend="; 1tab">Vrees ik den doem? den Regter boet myn schuld,</l> <l>Eer gy myn ziel, voor 't los geld waart bekommert,</l> <l rend="; 1tab">Hy zeid: Voor u ik heb 't rantzoen vervult.</l> <l>&#160;</l> <l>Voor my! dit heil gaat myn begrip te booven,</l> <l rend="; 1tab">Ik word, daar door tot onderzoek geport;</l> <l rend="; 1tab">Heeft hy zyn Bloed, voor zoo een ziel gestort?</l> <l>Die onrein is en blyft, mag die 't gelooven?</l> <l rend="; 1tab">Neen; 't heil is maar voor die geheiligt wort.</l> <l>&#160;</l> <l>Mag hy die heiligheid met smert ontbeeren</l> <l rend="; 1tab">Niet Heilig? Hoe word eenig hert dan reyn?</l> <l rend="; 1tab">Of weigert ooit dien Zielenmedecyn,</l> <l>Zyn Geest, en Bloed, die hy het doed begeeren?</l> <l rend="; 1tab">Dit kan Hy niet; wel zoo is 't ook voor myn.</l> <l>&#160;</l> <pb n="91"/> <l>Zegt gy dit door 't geloof, of hersenzweeven?</l> <l rend="; 1tab">Zyn geest, en bloed, voor u? denk, wat hy wagt</l> <l rend="; 1tab">Van zoo een ziel; en houd uw staat verdagt,</l> <l>Ten zy gy uitmundt, door een heilig leeven,</l> <l rend="; 1tab">En al uw lusten dood, daar 't vlees na tragt.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy staroogt maar alleen op grove zonden,</l> <l rend="; 1tab">Daar hy uw boezem-nukken, u verwyt,</l> <l rend="; 1tab">Die aardze zorg, Trots, eigen, zinlykheyt,</l> <l>Onlust in 't woord, kwaa nadogt, looze vonden,</l> <l rend="; 1tab">Geveinsdheid, ongeloof, en gierigheyt.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Nauwkeurigst oog, is 't heilzaamst; zou ik 't weezen?</l> <l rend="; 1tab">Ik hebt 't u Hertenkenner, afgepergt,</l> <l rend="; 1tab">En u geloovig, dit gezigt gevergt,</l> <l>Gy zegt, ik zal ze zien, en haar geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Dit 's troost genoeg voor 't hert, dat niets verbergt;</l> <l>&#160;</l> <pb n="92"/> <l>Nu help m' er door, ik heb met u begonnen,</l> <l rend="; 1tab">Uw oogmerk feilt nooit? ik vertrouw 't u toe:</l> <l rend="; 1tab">Spreekt my in 't hert, wat wilt gy dat ik doe,</l> <l>Myn ziel is van geneeslust overwonnen,</l> <l rend="; 1tab">Maakt my maar heilig Heer, gy weet wel hoe.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XXII. Zamenspraak</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tusschen een Onherbooren, de Geest, en het Vernieuwt Gemoet, etc.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">E</hi>en Onherbooren, pleit,</l> <l rend="; 1tab">Voor 's waerelds wys, en zeit:</l> <l>Dit zyn zyn grootste schatten,</l> <l rend="; 1tab">Maar een Vernieuwt Gemoed</l> <l rend="; 1tab">Zeid: Dit 's myn hoogste goed,</l> <l>'t Geen dat gy niet kond vatten.</l> <l>&#160;</l> <pb n="93"/> <l rend="speaker">DEN ONHERBOOREN.</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel, 't en vind geen hooger goed,</l> <l rend="; 1tab">Dat meerder nut, als wysheid, doed.</l> <l>'k wil dan voor al naar wysheid tragten.</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">DE GEEST.</l> <l rend="; 1tab">Maar is 't geloof geen grooter schat?</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">'T VERNIEUWT GEMOET.</l> <l rend="; 1tab">Ja 't Hertenkenner geeft my dat!</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">DE GEEST.</l> <l>Wel leert eerst 't waerelds wys veragten,</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">DEN ONHERBOOREN.</l> <l rend="; 1tab">Veragten; is dan wysheid kwaad?</l> <l>&#160;</l> <pb n="94"/> <l rend="speaker">DE GEEST.</l> <l rend="; 1tab">Ja; als gy daar te zeer op staat,</l> <l>En door 't geloof niet voort kont treeden,</l> <l rend="; 1tab">En daar myn woord u zegt, gelooft,</l> <l rend="; 1tab">Zoo u die wysheid dan verdooft,</l> <l>En wilt eerst vatten, met zyn reeden;</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">'T VERNIEUWT GEMOET.</l> <l rend="; 1tab">'k Zie 's Waerelds wysheid, ydelheid,</l> <l rend="; 1tab">Die stalkaars heeft myn ziel misleid;</l> <l>'k Wou eerst begrypen, dan gelooven,</l> <l rend="; 1tab">Dit deed my staag te rugge treen,</l> <l rend="; 1tab">Nu straalt gy door dien duister heen,</l> <l>Myn dwaalligt zwight voor 't ligt van boven.</l> <l>&#160;</l> <pb n="95"/> <l rend="speaker">DE GEEST.</l> <l rend="; 1tab">Zie g' aardworm, uw verkrooken kragt?</l> <l rend="; 1tab">Myn onnaspeurelyke magt</l> <l>Wierd vaak gehoond, door uw mistrouwen;</l> <l rend="; 1tab">Gelooft wat u myn woord gebiet.</l> <l rend="; 1tab">Of gy 't begrypen kond, of niet,</l> <l>Zoo moet gy 't vlees in teugel houwen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="speaker">'T VERNIEUWT GEMOET.</l> <l rend="; 1tab">Deeze oude slaaf niet regt getemt,</l> <l rend="; 1tab">Hield zoo 't geloof, en hoop beklemt,</l> <l>'t Was my onmoogelyk, door te breeken,</l> <l rend="; 1tab">Maar nu uw ligt, myn ziel doorstraald,</l> <l rend="; 1tab">Zyn toovertuig, daar meed' hy praald,</l> <l>Is als een schaduw', weggeweeken.</l> <l>&#160;</l> <pb n="96"/> <l rend="speaker">HEILIGE VERWONDERING VAN 'T VERNIEUWT GEMOET.</l> <l>Doen 't myn oordeel, wou bezeffen,</l> <l rend="; 2tab">'t Kon 't niet treffen,</l> <l rend="; 1tab">Wat myn Heiland u beweegt?</l> <l rend="; 2tab">Door uw lyden,</l> <l rend="; 2tab">Die te vryden,</l> <l rend="; 1tab">Daar gy al 't verderv' door kreegt!</l> <l>&#160;</l> <l>Heeft uw liefd' hier toe bewoogen?</l> <l rend="; 2tab">Of meedoogen?</l> <l rend="; 1tab">Of deed 's Vaders wys besluit</l> <l rend="; 2tab">U verdragen,</l> <l rend="; 2tab">Zulke slaagen?</l> <l rend="; 1tab">'t Is voor my, 't zy waar 't uitspruit!</l> <l>&#160;</l> <l>'t Overstelpt m'e! 'k staa verleegen,</l> <l rend="; 2tab">Met den zeegen,</l> <l rend="; 1tab">'k Weet waar ik 't vatten zal,</l> <pb n="97"/> <l rend="; 2tab">Vel j' een oordeel,</l> <l rend="; 2tab">Zoo vol oordeel,</l> <l rend="; 1tab">voor een worm, een niet met al?</l> <l>Doen ik wou dit goed begrypen,</l> <l rend="; 2tab">'k Gingt benypen:</l> <l rend="; 1tab">Straks uw oog, dat al doorboort,</l> <l rend="; 2tab">Zag me dwaalen,</l> <l rend="; 2tab">Sprak kan 't faalen?</l> <l rend="; 1tab">'k Hebt belooft, tree daar op voort.</l> <l>g' Hebt myn ziel, gered van vreezen,</l> <l rend="; 2tab">'k Ben geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Gadeslager van myn hert!</l> <l rend="; 2tab">Geen verkooren,</l> <l rend="; 2tab">Gaat verlooren,</l> <l rend="; 1tab">Hoe hy ook geslingert werd.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="98"/> <head rend="h3">XXIII. Meditatie. <lb/>Over 't Hooglied Salomons, Cap. V.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om ons voor Luiheid te wagten.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">N</hi>U is myn waarde weg geweeken:</l> <l rend="; 1tab">Hoe lang myn ziel, in onlust neer</l> <l rend="; 1tab">Gedooken; waarom lyd gy 't Heer?</l> <l>Hoe kond gy 't hertenslot niet breeken?</l> <l rend="; 1tab">Ja; maar hy wil 't, in ziels verdriet</l> <l rend="; 1tab">Eerst weeken; anders breekt hy 't niet.</l> <l>Ik zeid myn voeten zyn gewassen,</l> <l rend="; 1tab">Myn Rok is effen uit gedaan,</l> <l>Komt gy, my 't ontey dus verrassen?</l> <l rend="; 1tab">My lust om u, niet op te staan.</l> <l>&#160;</l> <pb n="99"/> <l>Dit moet ik nu, te duur betaalen,</l> <l rend="; 1tab">Hoe heeft myn vlees, myn ziel verraan?</l> <l rend="; 1tab">Ik dagt niet, dat gy weg zoud gaan.</l> <l>'k Zal 't op myn luiheid zoo verhaalen,</l> <l rend="; 1tab">Kryg ik u eens weer in 't gezigt;</l> <l rend="; 1tab">Maar neen, in plaats van goed berigt,</l> <l>Zoo geeven my, de wagters slaagen:</l> <l rend="; 1tab">Doch egter staakt myn ziel uw klagt?</l> <l>Ik zoud 't gewillig al verdraagen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo 't kruis my maar by Jesus bragt.</l> <l>&#160;</l> <l>Doch 't is te laat; nu baat geen schreien,</l> <l rend="; 1tab">Want of gy 't Hertenkenner ziet,</l> <l rend="; 1tab">En 't zuchten hoort, gy antwoord niet</l> <l>Met reen; want nooit telt gy het vleien,</l> <l rend="; 1tab">van die u smeeken niet en agt,</l> <l rend="; 1tab">Geen luiaards bee, heeft krygen's magt.</l> <pb n="100"/> <l>'k Bezweer u, die myn lief kond vinden;</l> <l rend="; 1tab">Zegt dat ik krank van liefde ben,</l> <l>Smeekt nu voor my aan myn beminden,</l> <l rend="; 1tab">'k Zal weer voor u doen, wat ik ken.</l> <l>&#160;</l> <l>Gy zegt, wie is uw uitgeleezen?</l> <l rend="; 1tab">Dat gy ons zoo bezwooren hebt?</l> <l rend="; 1tab">Ag! als gy van myn waarde rept,</l> <l>Zoo dunkt my, is myn ziel geneezen,</l> <l rend="; 1tab">Want die zyn schoonheid maar en ziet,</l> <l rend="; 1tab">Geen schatten, nog geen aards gebied,</l> <l>En zou hy voor zyn gunst verkiezen,</l> <l rend="; 1tab">Ja die zyn Jesus regt bemind,</l> <l>Al moest hy 't voor hem al verliezen,</l> <l rend="; 1tab">Dat al en meer in Jesus vind!</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="101"/> <head rend="h3">XXIV. Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Over de Menschwording Christi.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">L</hi>eg af myn ziel, dees vrugtelooze kommer,</l> <l rend="; 1tab">Wat zyt gy nog, voor 't eind met vrees benerd?</l> <l rend="; 1tab">Nu God voor u, in 't vlees gebooren werd</l> <l>Gy zyt 'er uit, hy steekt in al uw slommer.</l> <l>&#160;</l> <l>Nog Mensch, nog Godheid, kon alleen betaalen,</l> <l rend="; 1tab">d' Een kon niet lyden, d' ander niet bestaan',</l> <l rend="; 1tab">En 't regt voldoen, zoo moest, eer dat voldaan</l> <l>Wierd; God in 't vlees, en gy ter helle daalen.</l> <l>&#160;</l> <l>Gods Wysheid heeft dit middel uitgevonden,</l> <l rend="; 1tab">Na dat hy, in zyn eeuwig Raads-besluit,</l> <l rend="; 1tab">Uw heil beoogt, zoo voert hy 't daad'lyk uit,</l> <l>Hy keurt u vry, zyn Zoon lyd voor uw zonden.</l> <l>&#160;</l> <pb n="102"/> <l>Ik schuldig, en d' onschuldige te lyden,</l> <l rend="; 1tab">Dat 's 't regt verdraait; God mist zoo niet in 't slaan,</l> <l rend="; 1tab">Och neen! die schuldig was, die heeft voldaan,</l> <l>Hy wierd uw borg; zoo most hy u bevryden.</l> <l>&#160;</l> <l>Maar werd in lyfstraf, Borgtogt aangenoomen,</l> <l rend="; 1tab">Ja; als 't den regter 't zelve zoo besteld,</l> <l rend="; 1tab">Hy straft voor u zyn zoon, 't waar 't regt geweld</l> <l>Gedaan; zoo gy weer in 't gezigt moest koomen.</l> <l>&#160;</l> <l>Och dat ik dees verborgentheid mogt vatten!</l> <l rend="; 1tab">Ik zugte niet; dan had gy zugtens reen:</l> <l rend="; 1tab">Geloov ze maar; moet gy ze vatten? neen;</l> <l>Gy zoud naar uw begrip, haar waarde schatten;</l> <l>&#160;</l> <l>En 's is oneindig, wat wilt gy begrypen,</l> <l rend="; 1tab">'t Geschapen oog, bereikt die klaarheid niet,</l> <l rend="; 1tab">'t Is maar een scheemering, al dat gy ziet</l> <l>Gy vat ze nooit, gy kond ze maar benypen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="103"/> <l>Swigt aards verstand, waar toe dit tegenstreeven,</l> <l rend="; 1tab">Ey pleit myn ziel, niet tot uw eigen schaa,</l> <l rend="; 1tab">God deed zig zelven regt, en u genaa,</l> <l>Doen hy zyn zoon voor uw rantzoen wou geeven,</l> <l>&#160;</l> <l>Voor my, die zoo geslingert werd door 't woelen,</l> <l rend="; 1tab">Die 't ongeloof verstrikt heeft, en bekneld.</l> <l rend="; 1tab">Och neen! die hy verlost van 's doods geweld,</l> <l>Die moet geloof, en geestlyk leven, voelen.</l> <l>&#160;</l> <l>Voor my? wel 't waar 't rantzoen, zyn eer berooven,</l> <l rend="; 1tab">Hy geeft zyn Geest, daar hy zyn Bloed voor geeft:</l> <l rend="; 1tab">Mag dan een ziel, die geest nog leeven heeft,</l> <l>Dit zeggen? neen; dat kan ik niet gelooven.</l> <l>&#160;</l> <l>Ei scheid myn ziel, het wezen van 't gevoelen!</l> <l rend="; 1tab">'t Een kan 'er zyn, al is 'er 't ander niet,</l> <l rend="; 1tab">Daar is nog leeven, of gy 't voelt nog ziet,</l> <l>Want waar 't gy dood, zoo zoud gy zoo niet woelen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="104"/> <l>Gelooft dan vry, hy is voor u gestorven,</l> <l rend="; 1tab">Dit maakt dat u het ongeloov verdriet;</l> <l rend="; 1tab">Nu zoekt gy Jesus, en gy zogt hem niet,</l> <l>Zoo hy voor u dit heil niet had verworven.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">XXV. Meditatie <lb/>Over I. Joh. Cap. V. vs. 7.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Het Bloed Jesu Christi, des Zoons Gods reinigt ons van alle zonden.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">W</hi>at leid 'er in die bron,</l> <l rend="; 1tab">Die eens geloovig kon,</l> <l rend="; 1tab">Daar in zien, 'k weet hy von</l> <l rend="; 2tab">Daar 's levens schat;</l> <l rend="; 1tab">Maar voor die diepte schrikt;</l> <l rend="; 1tab">Door 't ongeloof, verstrikt,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel, en 't heil bemikt,</l> <pb n="105"/> <l rend="; 2tab">Word nooit gevat,</l> <l rend="; 1tab">Of hier om niet te koop,</l> <l rend="; 1tab">Is Liefd, Geloof, en Hoop,</l> <l rend="; 1tab">Staag deynst gy in uw loop,</l> <l rend="; 2tab">Of Jesus Bloed,</l> <l rend="; 1tab">het hardste hert verzagt,</l> <l rend="; 1tab">Om dat gy 't heil veragt,</l> <l rend="; 1tab">Gy meend dat dit geen kragt</l> <l rend="; 2tab">Op u en doed.</l> <l rend="; 1tab">Wat houd u aan draalen?</l> <l rend="; 1tab">Hier moet g' doch haalen,</l> <l rend="; 1tab">Of zoek je te dwaalen?</l> <l>Neen keer, begeer al wat gy maar denkt,</l> <l>Nooit peinst, nog eist gy, al dat hy schenkt.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Hy opend wie daar klopt,</l> <l rend="; 1tab">Die bron is nooit gestopt,</l> <l rend="; 1tab">Hoe gy 'er 't hert in dopt.</l> <pb n="106"/> <l rend="; 2tab">Hy maakt het reyn,</l> <l rend="; 1tab">Van onopregtigheid.</l> <l rend="; 1tab">Ja! die 's opregt beschreit,</l> <l rend="; 1tab">Van 't ongeloof, Hy zeid,</l> <l rend="; 2tab">Brengt al tot myn.</l> <l rend="; 1tab">Hy kipt geen qualen uit,</l> <l rend="; 1tab">Daar hy die bron voor sluit,</l> <l rend="; 1tab">Word onrust daar gestuit?</l> <l rend="; 2tab">Ja; is 't uw Bee?</l> <l rend="; 1tab">Die Hertenkenner ziet</l> <l rend="; 1tab">Dit kwaad, al zegt gy 't niet,</l> <l rend="; 1tab">Maar hoe het u verdriet,</l> <l rend="; 2tab">Dat ziet hy mee!</l> <l rend="; 1tab">Och kon ik hem smeeken:</l> <l rend="; 1tab">Gy hoeft niet te spreeken,</l> <l rend="; 1tab">Kend maar uw gebreeken,</l> <l>Een zugt doet vrugt, zoo is hy 't gewend,</l> <l>Geen hert lyd smert, die hy niet en kend.</l> <l>&#160;</l> <pb n="107"/> <l rend="; 1tab">Hy kendze, en hy laat</l> <l rend="; 1tab">Myn hert verstockt, die 't kwaad</l> <l rend="; 1tab">Wel weezen kan, wat baat</l> <l rend="; 2tab">My Jesus Bloed?</l> <l rend="; 1tab">Is 't niet voor my gestort,</l> <l rend="; 1tab">En is 't voor my? hoe word</l> <l rend="; 1tab">ik niet meer aangeport</l> <l rend="; 2tab">Tot deugd, en boet?</l> <l rend="; 1tab">Want zoo gy my bewrogt,</l> <l rend="; 1tab">En kragtig riept, en zogt</l> <l rend="; 1tab">Dit dwaalwigt weer, en dogt,</l> <l rend="; 2tab">'k Wil Koning zyn,</l> <l rend="; 1tab">En heerschen, in dit hert.</l> <l rend="; 1tab">Doo zondares nu werd,</l> <l rend="; 1tab">Weer leevend, voelt de smert,</l> <l rend="; 2tab">Van 't zielfenyn.</l> <l rend="; 1tab">Hoe zou ik dan waaken,</l> <l rend="; 1tab">In 't bidden, en haaken,</l> <l rend="; 1tab">Om u te genaaken,</l> <pb n="108"/> <l>Doch nu gy u ontrekt, na ik merk,</l> <l>Ik woel, maar voel, 't is herteloos werk,</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Zoo kond gy zonder my</l> <l rend="; 1tab">Niets doen? Ja ik bely</l> <l rend="; 1tab">Laat gy my los, ik gly,</l> <l rend="; 2tab">Straks van u af!</l> <l rend="; 1tab">Daar ik myn Bloed voor giet,</l> <l rend="; 1tab">Schoon dat ze my verliet,</l> <l rend="; 1tab">Die ziel verlaat ik niet.</l> <l rend="; 2tab">Dreigd u die straf?</l> <l rend="; 1tab">'t Is noodeloos gevreest;</l> <l rend="; 1tab">Ik weet uw Bloed en Geest,</l> <l rend="; 1tab">Gaan zamen, gy geneest,</l> <l rend="; 2tab">Die gy verlost,</l> <pb n="109"/> <l rend="; 1tab">En als ik 't hert bespie,</l> <l rend="; 1tab">En zoo veel feilen zie,</l> <l rend="; 1tab">'k Denk, lyd gy dit in die</l> <l rend="; 2tab">U 't leeven kost,</l> <l rend="; 1tab">Dat doed my zoo zugten!</l> <l rend="; 1tab">Verrykt my met vrugten,</l> <l rend="; 1tab">Die wanhoop doen vlugten,</l> <l>Op dat ik 't vat geloovig, en weet,</l> <l>Voor myn te zyn, al wat gy ooit deed.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Geeft dat ik dat bevroe,</l> <l rend="; 1tab">En leerd my, wat ik doe,</l> <l rend="; 1tab">Eerst zien: waarom, en hoe;</l> <l rend="; 2tab">Want u verveelt,</l> <l rend="; 1tab">Den dienst naar eigen zin,</l> <l rend="; 1tab">Gesmeed, die in 't begin,</l> <l rend="; 1tab">Schoon voor doed, doch gewin</l> <l rend="; 2tab">Nog rust en teeld;</l> <pb n="110"/> <l rend="; 1tab">Maar die uw liefde smaakt,</l> <l rend="; 1tab">En voelt zig vry gemaakt,</l> <l rend="; 1tab">Van al haar schuld, die haakt,</l> <l rend="; 2tab">Dat zy haar pligt,</l> <l rend="; 1tab">Gedwee na 't woord betragt,</l> <l rend="; 1tab">Geen deugd, hoe zwaar geagt</l> <l rend="; 1tab">Voor heen, nu heeft zy kragt,</l> <l rend="; 2tab">Zy valt haar ligt,</l> <l rend="; 1tab">Haar Koning te eeren,</l> <l rend="; 1tab">is al haar begeeren,</l> <l rend="; 1tab">Dit wil zy maar leeren,</l> <l>Zy lyd en stryd na dat gy 't gebied,</l> <l>Met lust, en rust, als gy het maar ziet.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="111"/> <head rend="h3">XXVI. Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om niets buiten Jesus te zoeken.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">W</hi>at pak houd u beneen?</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel, met draf te vreen?</l> <l rend="; 1tab">Is dit uw deel alleen?</l> <l rend="; 2tab">Ja; 't lyd gevaar,</l> <l rend="; 1tab">Zoo gy den zeegen mind,</l> <l rend="; 1tab">En daar uw hert aanbind,</l> <l rend="; 1tab">Schoon gy daar niet in vind,</l> <l rend="; 2tab">Den Zeegenaar;</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Neemt dat gy 't alles had,</l> <l rend="; 1tab">Wat hier ooit mensch bezat,</l> <l rend="; 1tab">'k Weet, gy in al dien schat,</l> <l rend="; 2tab">Nooit ziel rust vond;</l> <pb n="112"/> <l rend="; 1tab">Haar ongestadigheid,</l> <l rend="; 1tab">U in 't gebruik voorzeid,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy uw ziel verleid,</l> <l rend="; 2tab">En deerlik wond,</l> <l rend="; 1tab">Ja; wat kan 't u baaten?</l> <l rend="; 1tab">God kond u al laaten,</l> <l rend="; 1tab">En mogt u nog haaten.</l> <l>Schep lust, nog rust in al, dat gy ziet,</l> <l>Ten zy, dat gy uw Jesus geniet.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Die hem eens vinden mogt!</l> <l rend="; 1tab">Word hy van u gezogt?</l> <l rend="; 1tab">Met ernst, en wel bedogt</l> <l rend="; 2tab">Waar hy verschynd?</l> <l rend="; 1tab">'t Is dikmaal, onder 't Kruis,</l> <l rend="; 1tab">En niet in 't weelden huis,</l> <l rend="; 1tab">Zyn glans door 't Aards gedruis,</l> <l rend="; 2tab">Voor 't oog verdwynt;</l> <pb n="113"/> <l rend="; 1tab">En hoe, myn ziel gy deinst,</l> <l rend="; 1tab">Als gy aan 't kruis maar peinst,</l> <l rend="; 1tab">Of gy u willig veinst,</l> <l rend="; 2tab">Ik hoor uw klagt,</l> <l rend="; 1tab">Steld gy die trap zoo steyl?</l> <l rend="; 1tab">Draagd kruis, of mist het heyl,</l> <l rend="; 1tab">Ik bid u Vader pyl</l> <l rend="; 2tab">Myn zwakke kragt,</l> <l rend="; 1tab">Maar hoe, myn gedachten</l> <l rend="; 1tab">Om 't kruis te veragten,</l> <l rend="; 1tab">Die 't kruis kan verzagten,</l> <l>Gy most al kost gy 't lyden ontvlien,</l> <l>Geen smert, hoe hert, om Jesus ontzien.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Dit stemt gy immers toe?</l> <l rend="; 1tab">Ik weet nauw wat ik doe,</l> <l rend="; 1tab">Ik ben bedwelmt en voe</l> <pb n="114"/> <l rend="; 2tab">Dit ziel verraat;</l> <l rend="; 1tab">Gebruikt de medecyn:</l> <l rend="; 1tab">Die baat myn niet; Ik kwyn,</l> <l rend="; 1tab">Ik leef maar in die schyn.</l> <l rend="; 2tab">Hy kend uw staat;</l> <l rend="; 1tab">Ja hem is niets bedekt,</l> <l rend="; 1tab">En daar hy kragtig trekt,</l> <l rend="; 1tab">Word haast in 't hert verwekt</l> <l rend="; 2tab">En traan, en zugt;</l> <l rend="; 1tab">Maar ik ben dorr, en droog;</l> <l rend="; 1tab">Een Heid', die nooit zyn oog</l> <l rend="; 1tab">Bestraalde, uit meededoog,</l> <l rend="; 2tab">En draag geen vrugt,</l> <l rend="; 1tab">Nog is 't al geen reeden,</l> <l rend="; 1tab">Dat dit uw gebeeden</l> <l rend="; 1tab">Mag stuiten, die heeden</l> <pb n="115"/> <l>Uw klagt veragt, die maakt u in 't end,</l> <l>Nog vry, zyt gy aan Jesus gewend.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Wel daar meed' zegt gy 't al,</l> <l rend="; 1tab">Hier leid myn onluks val,</l> <l rend="; 1tab">Nu wilt maar, en hy zal</l> <l rend="; 2tab">De hand u bien.</l> <l rend="; 1tab">Dit heeft hy zelfs belooft,</l> <l rend="; 1tab">Aan ieder, hooft voor hooft;</l> <l rend="; 1tab">Ja die van kragt berooft,</l> <l rend="; 2tab">Maar tot hem vlien.</l> <l rend="; 1tab">Och! zoo hy daar op staat,</l> <l rend="; 1tab">En my zoo lang verlaat,</l> <l rend="; 1tab">Dit dreigd my erger kwaad,</l> <l rend="; 2tab">Ik dwaal te veer;</l> <l rend="; 1tab">Hy weet nog, waar gy zyt,</l> <l rend="; 1tab">En wat u van hem scheyd</l> <pb n="116"/> <l rend="; 1tab">Eer hy vw oog ontglyd,</l> <l rend="; 2tab">Hy haalt u weer.</l> <l rend="; 1tab">Een doode te wekken</l> <l rend="; 1tab">En my, tot u trekken,</l> <l rend="; 1tab">Is even wyt rekken,</l> <l>Uw kragt, dies wagt van my niet, als 't geen</l> <l>Dat gy aan my woud geeven voor heen.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Nu dit eens vast gesteld,</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt in doods geweld;</l> <l rend="; 1tab">Schep troost, in 't geen u kweld!</l> <l rend="; 2tab">Was 't niet voor die?</l> <l rend="; 1tab">Dat hy zeeg uit zyn Troon,</l> <l rend="; 1tab">Verliet al 't Hemels schoon,</l> <l rend="; 1tab">En wierd eens menschen zoon;</l> <l rend="; 2tab">Zegt dan voor wie?</l> <l rend="; 1tab">Voor haar, en anders geen</l> <pb n="117"/> <l rend="; 1tab">Heeft priesterlik gebeen,</l> <l rend="; 1tab">Myn Jesus! ja geleen,</l> <l rend="; 2tab">En dood, en vloek;</l> <l rend="; 1tab">Maar ik; van dit tal,</l> <l rend="; 1tab">Myn doode ziel wie zal</l> <l rend="; 1tab">U dit betuigen al?</l> <l rend="; 2tab">Zyn Heilig Boek;</l> <l rend="; 1tab">Wie doed my 't gelooven?</l> <l rend="; 1tab">Wel wagt dat van booven,</l> <l rend="; 1tab">Dit vreezen, is rooven</l> <l>Zyn eer; die meer kan geeven als dat</l> <l>Aan haar die daar begeerig na vat.</l> <l>&#160;</l> <l rend="; 1tab">Ja die begeerig is,</l> <l rend="; 1tab">Voor haar is 't heil gewis,</l> <l rend="; 1tab">Maar dit is, dat ik mis,</l> <l rend="; 2tab">En hebben most,</l> <pb n="118"/> <l rend="; 1tab">Daar hy nooit zonden zogt,</l> <l rend="; 1tab">Nog kwaad van u en dogt</l> <l rend="; 1tab">Maar zelf, voor u volbrogt</l> <l rend="; 2tab">Dat gy niet kost.</l> <l rend="; 1tab">Hoe zoekt, en vind gy nu</l> <l rend="; 1tab">Nog zoo veel tegens u?</l> <l rend="; 1tab">’t Maakt u van Jesus schu;</l> <l rend="; 2tab">En dat 's geen deugd;</l> <l rend="; 1tab">Als wanhoop u verrast,</l> <l rend="; 1tab">Houd zyn verdiensten vast,</l> <l rend="; 1tab">En zegt, hy droeg myn last,</l> <l rend="; 2tab">Dat is myn vreugd;</l> <l rend="; 1tab">Wat komt my te vooren,</l> <l rend="; 1tab">Ik hoop nog te hooren,</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt myn verkooren,</l> <l>Schep moed; wat doed u raadeloos staan?</l> <l>Komt vry tot my, uw schuld is voldaan.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="119"/> <head rend="h3">XXVII. Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Tot opwekking van ons ongevoelig harte, over den droevigen staat, van ons Vaderland en Kerke, en om ons zelven aan te porren, tot een naauw onderzoek van ons eigen Harte.</hi></head> <lg type="poem"> <l><hi rend="b">Z</hi>al niemand, in de bresse treeden</l> <l rend="; 1tab">Daar Land, en Kerke dreund,</l> <l rend="; 1tab">Wie is 't die s' ondersteund?</l> <l>Getergde God! wat is de reeden?</l> <l rend="; 1tab">Wat smookt 'er in 't besluit?</l> <l rend="; 1tab">Gy voert uw oordeel uit,</l> <l>Wy wagten zorgeloos op vreeden!</l> <l>&#160;</l> <pb n="120"/> <l>Wat heeft ons oogen zoo bestreeken,</l> <l rend="; 1tab">Wat slaapzugt, heeft ons 't hert</l> <l rend="; 1tab">Bekroopen? 't voeld geen smert,</l> <l>En 't ziet Gods Toorenvuur ontsteeken,</l> <l rend="; 1tab">Dit is de zwaarste straf.</l> <l rend="; 1tab">Wy dwaalden van u af,</l> <l>Nu is uw Geest, van ons geweeken.</l> <l>&#160;</l> <l>Hier uit is 't misverstand gereezen,</l> <l rend="; 1tab">Dat Land, en Kerk ontsteld,</l> <l rend="; 1tab">En 't vroom gemoet bekneld:</l> <l>'k Roep hier door uit, vol angstig vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Wy tergden uw geduld,</l> <l rend="; 1tab">Wat zal 't, gaat straf na schuld,</l> <l>Heer, met uw grooten Naam, dan weezen?</l> <l>&#160;</l> <pb n="121"/> <l>En 't liefd'loos hert, door vals vermoeden,</l> <l rend="; 1tab">Wyt 't al zyns 's naastens kwaad,</l> <l rend="; 1tab">'t Verval van Kerk en Staat,</l> <l>Daar ieder nedrig, moest bevroeden</l> <l rend="; 1tab">Dat zyn weerstreevig hert,</l> <l rend="; 1tab">Door trotsheid, 't al verwert,</l> <l>En ons verwekt, dees' geezelroeden.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Waar tyd, dat w' eens te zaamen spanden,</l> <l rend="; 1tab">Ons smeekende gebeen:</l> <l rend="; 1tab">Al is ons hert, als steen,</l> <l>Och! of w' eens d' Almagt nog vermanden!</l> <l rend="; 1tab">En dwongen, hem tot vreed'!</l> <l rend="; 1tab">Al heeft hy 't wraakzwaard reed',</l> <l>Hy breekt het, breekt j' uw zonden banden.</l> <l>&#160;</l> <pb n="122"/> <l>Wek op de kragt van 't Geestlik leeven,</l> <l rend="; 1tab">Dat ieder zig verkloekt,</l> <l rend="; 1tab">Denk hoe God, Meroz, vloekt,</l> <l>Als s' in den stryd, zyn volk begeeven,</l> <l rend="; 1tab">Zoo gy u dan ontrekt,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel, die 't kwaad verwekt</l> <l>Zoo is dien vloek, voor u beschreeven.</l> <l>&#160;</l> <l>Wilt elk uw eigen schuld beleyen,</l> <l rend="; 1tab">Ook die van Land, en Kerk,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel, slaa hand aan 't werk,</l> <l>'t Is zwaar, maar egter 't zal gedeyen,</l> <l rend="; 1tab">Tot heil van u, en al,</l> <l rend="; 1tab">Die 't wel betragten zal,</l> <l>Die 't kwaad wel kend, zal 't kwaad wel meyen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="123"/> <l>Weekt 't harde hert, in traanen beeken,</l> <l rend="; 1tab">Haal uit, al wat 'er schuilt,</l> <l rend="; 1tab">Hoe is de wond vervuilt?</l> <l>Daar dient geen balzem ingestreeken;</l> <l rend="; 1tab">Laat eerst, door 't Corosyf,</l> <l rend="; 1tab">Gezuivert zyn, en vryf,</l> <l>Doch meest, uw stinkenste gebreeken!</l> <l>&#160;</l> <l>Steld by uw ongereegelt leeven,</l> <l rend="; 1tab">De strengheid van Gods wet,</l> <l rend="; 1tab">Ziet hoe g' uw ziel dan red!</l> <l>'k Weet, dat u Hel-angst zal doen beeven,</l> <l rend="; 1tab">En doen u raadloos staan,</l> <l rend="; 1tab">Maar grypt dan Jesus aan,</l> <l>Die zal dog al uw schuld vergeeven.</l> <l>&#160;</l> <pb n="124"/> <l>Zoekt doch aan Jesus vast te houden,</l> <l rend="; 1tab">Vernieuwt door hem 't verbond,</l> <l rend="; 1tab">Door wien gy 't houden kond.</l> <l>Gy moogt u zelven, niet vertrouwen,</l> <l rend="; 1tab">Ons hert is al te broos,</l> <l rend="; 1tab">En 's Duivels list, te loos,</l> <l>Dit doet ons yvervuur verkouwen.</l> <l>&#160;</l> <l>'t Is nodig, ernstig t' overweegen,</l> <l rend="; 1tab">Wat goed u nog ontbreekt,</l> <l rend="; 1tab">En in wat schuld gy steekt,</l> <l>En bid God om dien grootsten zeegen,</l> <l rend="; 1tab">Dat g' u bekeeren kond,</l> <l rend="; 1tab">Uit kragt van 't Nieuw Verbond,</l> <l>Eist maar, waar zyt g' al om verleegen.</l> <l>&#160;</l> <pb n="125"/> <l>Heer heel ons Land! verwoest de zonden!</l> <l rend="; 1tab">Stry tegens 't ziel verderf!</l> <l rend="; 1tab">Dat niemand rust beërf,</l> <l>Voor dat hy 't kwaad heeft uitgevonden,</l> <l rend="; 1tab">En haat al wat gy haat,</l> <l rend="; 1tab">Roei uit ons zondig kwaat,</l> <l>En houd ons hert, aan u gebonden.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="126"/> <head rend="h3">Alleenspraaken, en uitschietende gebeeden.</head> <div type="section"> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">H</hi>oe raakt g' aan 't zugten?</l> <l rend="; 2tab">Ik hoor gerugten!</l> <l>Daar is een Jesus, die my kan genezen,</l> <l>Dog 'k heb dit door hooren, en door lezen:</l> <l rend="; 1tab">Die Hem eens vinden mogt,</l> <l rend="; 1tab">Wierd hy met ernst gezogt,</l> <l>Gy zoud al eer gy 't dogt, by Jesus wezen.</l></lg> <pb n="127"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 2tab">'t Geloof ontbreekt my,</l> <l rend="; 2tab">Schort u meer, spreekt vry,</l> <l>Die eens zyn hert aan Jesus uit mogt klaagen,</l> <l>Wil maar, by Jesus moogt gy 't alles waagen,</l> <l rend="; 1tab">Eist vry, wat gy begeert;</l> <l rend="; 1tab">Ik weet niet, wat my deert,</l> <l>Zoo gy 't my niet en leerd; gy most 't hem vraagen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 2tab">Myn Heiland leerd my!</l> <l rend="; 2tab">Eist, wat begeerd gy?</l> <l>Hoe ik dit listig hert best zal doorgronden;</l> <l>'k Weet, 't steekt vol zonden, en ik zie geen zonden,</l> <l rend="; 1tab">Nog voel in 't niet zien smert,</l> <l rend="; 1tab">Zoo doodig is dit hert,</l> <l>Maakt dat het leevend word, door versche wonden.</l></lg> <pb n="128"/> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 2tab">Bid gy om slagen?</l> <l rend="; 2tab">Die niet kond dragen,</l> <l>Het minste kruis, of gaat daar onder zugten,</l> <l>Nu eisch ik wonden, om de dood t' ontvlugten,</l> <l rend="; 1tab">Zend maar uw Geest daar by;</l> <l rend="; 1tab">Zoo wil ik, wat ik ly,</l> <l>U looven, en dan stry ik met genugten.</l></lg> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l rend="; 2tab">Wat Hy belooft heeft,</l> <l rend="; 2tab">Doch eens geloov' geeft,</l> <l>Gy hebt uw nood aan Jesus voorgeslagen,</l> <l>Kond gy hem nu dit steenig hert opdragen?</l> <l rend="; 1tab">'k Weet, hy 't veragten zou;</l> <l rend="; 1tab">Hy kon wel, zoo hy wou,</l> <l>'t Feilt nooit aan Jesus trouw, hy hoord u klagen.</l></lg> <pb n="129"/> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l rend="; 2tab">Of hy my hoorden,</l> <l rend="; 2tab">'t Zyn al maar woorden,</l> <l>Hy eist dit hert, dat van hem afgaat zweeven,</l> <l>Zoo lang, tot hy myn doode ziel doed leeven,</l> <l rend="; 1tab">Hy zoekt het hert, nu 't vlied</l> <l rend="; 1tab">Van 't zyn, 't ontglipt hem niet,</l> <l>En eist u Jesus iet, Hy wil 't eerst geeven;</l></lg> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l rend="; 2tab">Ja 't hert dat zyn is!</l> <l rend="; 2tab">Weet ik, of 't myn is!</l> <l>Elendig, die zig zelvs hier in verzinden,</l> <l>Woud gy niet wel, dat Jesus u beminden?</l> <l rend="; 1tab">Ik voel zoo weinig trek,</l> <l rend="; 1tab">Dat 's dooden haar gebrek,</l> <l>En hy maakt geen gesprek, van iets te vinden.</l></lg> <pb n="130"/> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l rend="; 2tab">Gy moest heel niet zyn;</l> <l rend="; 2tab">'k Wil, maar 't verdriet myn,</l> <l>Dat ik dit niet zyn, niet te regt kan leeren,</l> <l>Weest stil, laat Jesus 't hert alleen regeeren,</l> <l rend="; 1tab">Of gy 't zoo niet en vat,</l> <l rend="; 1tab">Als hy 't bestierd, denkt wat,</l> <l>U Jesus weigert dat, kond gy 't ontbeeren;</l></lg> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l rend="; 2tab">Wel heeft geen dooden,</l> <l rend="; 2tab">Den geest van nooden?</l> <l>Ja; eist die met aandringende gebeden,</l> <l>Maar weest dan nog in zyn beleid te vreden,</l> <l rend="; 1tab">Valt 't bang, dat hy vertoevt,</l> <l rend="; 1tab">Gy hebt den Geest bedroevt,</l> <l>Daar gy de vrugt van proeft, en dat met reden.</l></lg> <pb n="131"/> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l rend="; 2tab">Wil hy zig wreeken;</l> <l rend="; 2tab">Wat baat my 't smeeken?</l> <l>Wel die 't gebied, belooft daar op zyn zeegen,</l> <l>Hoe kan hem 't geesteloos gebed bewegen?</l> <l rend="; 1tab">Hy let maar op uw nood,</l> <l rend="; 1tab">En geeft zig in de dood,</l> <l>Eer gy van kragt ontblood, zoud zyn verlegen.</l></lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">Meditatie Over Mattheus Cap. 14. vs. 23.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om in 't perykel altyd op Gods voorzorg te vertrouwen.</hi></head> <lg type="poem"> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">H</hi>eer! blyft gy zelfs aan land, en zend gy ons in zee,</l> <l>En zoo in 't duister, daar de golven haar verheffen,</l> <l>Wat onweer dreigt ons, och! wat onheil zal ons treffen?</l> <l rend="; 1tab">En immers waar 't geen nood, voer maar myn Jesus mee;</l> <l rend="; 1tab">Maar let maar op d' uitkomst; ziet, waarom 't u Jesus dee,</l> <pb n="132"/> <l>Dit eind zal heerlyk zyn, al kond gy niet bezeffen,</l> <l>Gy zogt uw Jesus nooit, waar 't water altyd effen:</l> <l rend="; 1tab">Nu zoekt gy hem in nood; dit is de vrugt alree,</l> <l>'t Is waar, gy ziet hem niet, door al 't onrustig woelen,</l> <l>Maar dat hy u wel ziet, doed hy u zien, en voelen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">'t Is 't ongeloov alleen, dat u met vrees benert</l> <l>Op Jesus woord; hoe 't stormt, is 't veilig voort te vaaren,</l> <l>Waar 't onweer uw verderf, Hy zou 't haast op doen klaaren;</l> <l rend="; 1tab">Maar neen! 't is nodig, dat gy eens geslingert werd,</l> <l rend="; 1tab">Dan ziet gy wat 'er schuilt, in 't klein geloovig hert:</l> <l>Dan toond hy, hoe hy u, en wil, en kan bewaaren,</l> <l>Want eer gy schipbreuk lyd; Hy geeft zig op de baaren,</l> <l rend="; 1tab">Maar als 't op 't nypen komt, geneest hy eerst uw smert.</l> <l>Doch nooit en laat hy u in nood, om hulp verlegen,</l> <l>De zwaarste zieldruk brengt ons vaak de grootsten zegen.</l></lg> <pb n="133"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 1tab">Uw Jesus komt, hy ziet uw kragten zyn ten end,</l> <l>Dit maakt u meer verbaast, nu schreeuwt gy uit van vrezen;</l> <l>Zou dit myn Jesus zyn, neen: 't schynd een spook te wezen,</l> <l rend="; 1tab">Gy twyfeld, of Hy 't is, al zeid hy zelfs: Ik ben 't.</l> <l rend="; 1tab">Hoe hebt gy 't hert zoo weinig aan zyn doen gewend,</l> <l>Die met vyf brooden, kon van hongersmert genezen</l> <l>Vyf duizend man; en u nog brokken op doed lezen:</l> <l rend="; 1tab">Maakt die zyn Godheids kragt u niet genoeg bekend?</l> <l>Maar 't harde hert, dat zoo veel tekens heeft ontfangen,</l> <l>Van 't geen onmoog'lyk scheen, blyft aan het moog'lyk hangen;</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 1tab">Dog Petrus toont ons, hoe 't geloof de vrees verslind,</l> <l>Hy eist maar Jesus woord, en komt op 't water treden,</l> <l>Maar doen 't geloof verzwakte, zonk hy na beneden,</l> <l rend="; 1tab">Hy steunde niet op 't woord, doen zag hy op de wind,</l> <l rend="; 1tab">Doch 't lievend hert, dat al zyn heul by Jesus vind,</l> <pb n="134"/> <l>Roept; help my heer, ik zink, en Jesus hoord zyn beden,</l> <l>Behoud hem, maar verwyt hem 't ongeloof met reden,</l> <l rend="; 1tab">Want 't deed hem zinken, die geloovend steunzel vind,</l> <l>Zy gaan in 't schip hy straft de wind, en doed haar merken,</l> <l>Zyn Godheidskragt, zo wil hy 't zwak geloof versterken.</l></lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om Godt te loven.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l><hi rend="b">M</hi>yn ziel! hoe went g' u zelve zoo tot klagen,</l> <l rend="; 2tab">Steld eens een andere toon,</l> <l>Is 't dat gy vreest, gy kond God niet behagen:</l> <l rend="; 2tab">Wel ziet op zynen zoon,</l> <l>Die hy u heeft uit reine liefd' gegeven:</l> <l rend="; 1tab">'t Is waar, daar was in u geen goed;</l> <l rend="; 1tab">Maar hy, daar gy laagt in uw bloed,</l> <l rend="; 2tab">Sprak: Gy zult leven.</l></lg> <pb n="135"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>Hoe zoud hy u 't geloof nu niet versterken,</l> <l rend="; 2tab">Die u zoo heeft verlost?</l> <l>Hy moest eerst zelfs dit willen in u werken,</l> <l rend="; 2tab">Eer gy dit willen kost.</l> <l>Dat gy hem door 't geloof ten dienst mogt leven,</l> <l rend="; 1tab">Ei houd dan maar in 't smeken aan,</l> <l rend="; 1tab">En denk; die 't dus ver heeft gedaan,</l> <l rend="; 2tab">Zal 't voort wel geven.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Wat grooter liefde kond hy u betonen,</l> <l rend="; 2tab">Hy kogt u door zyn bloed,</l> <l>En zend zyn Geest om in uw hert te wonen,</l> <l rend="; 2tab">Die voor u stryden moet.</l> <l>Doed deze liefd u niet in weerliefd blaken?</l> <l rend="; 1tab">Wel steekt dan uit in heiligheid,</l> <l rend="; 1tab">De kroon die is u toegezeid,</l> <l rend="; 2tab">De tyd zal naken.</l> <pb n="136"/> <l>Een Konings Bruid, die moet haar zelven wagten</l> <l rend="; 2tab">Van alle vreemde min:</l> <l>Wilt dit myn ziel dan heiliglyk betragten,</l> <l rend="; 2tab">Spand al uw kragten in,</l> <l>Op dat de waereld u niet mag bekoren,</l> <l rend="; 1tab">Wanneer zy u op 't zoetste vleid,</l> <l rend="; 1tab">Zeg neen! ik heb u afgezeid,</l> <l rend="; 2tab">Ja afgeswooren.</l></lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="137"/> <head rend="h3">Meditatie</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Van een dorre ziel, om haar zelve op te wekken en aan te sporen tot vrugtbaarheid.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 2tab"><hi rend="b">H</hi>eb lang met ernst myn hert doorzogt,</l> <l rend="; 1tab">'t Heeft niet als blad'ren voortgebrogt,</l> <l>En God zal immers vrugten zoeken,</l> <l rend="; 1tab">Zoo hy dan in 't gerigt wil treen</l> <l rend="; 1tab">Met my, ik weet, hy mag met reen</l> <l>My als dien Vygeboom vervloeken.</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">Myn God! gy eist opregtigheid,</l> <l rend="; 1tab">En ziet hoe 't in dit herte leit:</l> <pb n="138"/> <l>'k Bid dagelyks, Heer uw wil geschiede:</l> <l rend="; 1tab">Maar als gy doet wat u behaegt,</l> <l rend="; 1tab">Zoo 't my misnoegt, dit herte klaegt,</l> <l>En zou zoo 't kon, al 't kruis ontvliede.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 1tab">Wat raad met dit verharde hert,</l> <l rend="; 1tab">Het ziet zyn kwaad, maar 't voelt geen smert;</l> <l>Kan zulke ziel wel ooit genezen,</l> <l rend="; 1tab">Heeft Jesus ook voor haar voldaan,</l> <l rend="; 1tab">Die in zyn hof onvrugtbaar staan,</l> <l>En voor zyn oordeel niet en vrezen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 1tab">Weerstrevig hert vol ongeloof,</l> <l rend="; 1tab">De Heere roept u, gy zyt doof,</l> <pb n="139"/> <l>Hy zegt: kom laat uw ziel genezen,</l> <l rend="; 1tab">Maar gy blyft in uw dorheid staan,</l> <l rend="; 1tab">En zegt, ik heb geen kragt te gaan,</l> <l>Ik voel geloof, nog hoop, nog vrezen;</l></lg> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l rend="; 1tab">Maar of de mond dit kwaad belyd,</l> <l rend="; 1tab">Gy wilt Heer, dat het herte schreyd,</l> <l>Doch dat is dood, hoe kan 't dan zugten,</l> <l rend="; 1tab">Daar gy zegt stryd om in te gaan,</l> <l rend="; 1tab">Daar blyft dit herte ledig staan,</l> <l>Men kend den boom dan aan de vrugten.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l rend="; 1tab">Doch d' wyl ik staroog op dit kwaad,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel al vast niet voort en gaat;</l> <pb n="140"/> <l>Dies moet ik s' anders gaan bewerken;</l> <l rend="; 1tab">'k Wil denken: Is in my geen kragt</l> <l rend="; 1tab">Tot vrugt; die s' eist heeft gevens magt,</l> <l>Dat hy geplant heeft, zal hy sterken.</l></lg> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l rend="; 1tab">Schoon hy my nu door dorheid leid,</l> <l rend="; 1tab">En roept my nog tot vrugtbaarheid,</l> <l>Laat my dat niet onmooglyk schynen:</l> <l rend="; 1tab">Dat is zoo 't werk van onzen God,</l> <l rend="; 1tab">En meest al zyner kind'ren lot</l> <l>Naar Canaan: eerst door de woestynen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l rend="; 1tab">Ja vind hy ook 't besnoeien goed,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel weest egter wel gemoed,</l> <pb n="141"/> <l>Voegt naar zyn wys beleid uw leven,</l> <l rend="; 1tab">Denk daar hy lust tot vrugten geeft,</l> <l rend="; 1tab">Hy immers 't werk begonnen heeft,</l> <l>Hy kan ten halven niet begeven.</l></lg> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l rend="; 1tab">Port u dan aan tot werk en stryd,</l> <l rend="; 1tab">Al doet gy 't al door dorrigheid,</l> <l>God eist van uw geloof die kragten.</l> <l rend="; 1tab">Ik ga in duister zonder ligt,</l> <l rend="; 1tab">Zoo eist gy 't Heer, zoo is 't myn pligt</l> <l>In stilheid op uw hulp te wagten.</l></lg> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l rend="; 1tab">Myn ziele weest dan stil tot Godt,</l> <l rend="; 1tab">'t Is doch uw pligt en zyn gebodt:</l> <pb n="142"/> <l>Hy zal u zien, en u genezen,</l> <l rend="; 1tab">Stelt hem geen perk, hy weet zyn tyd,</l> <l rend="; 1tab">En al wat hy heeft toegezeid,</l> <l>Zal ook voor u onfeilbaar wezen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>11.</head> <l rend="; 1tab">Doorzoekt maar naauwe myn gemoedt,</l> <l rend="; 1tab">Of gy wel lust tot vrugten voedt?</l> <l>Dit dood'lyk herte mogt u liege,</l> <l rend="; 1tab">En dat waar ver het ergste kwaat;</l> <l rend="; 1tab">Beproeft my, Heer! gy kent myn staat,</l> <l>Dat ik my zelfs doch niet bedriege.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="143"/> <head rend="h3">Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om met Jesus alleen te zyn.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">A</hi>L wat er tusschen u, en my staat,</l> <l rend="; 1tab">Geeft, dat het als een schim voorby gaat,</l> <l rend="; 2tab">Kan ons iets scheiden? neen:</l> <l>Maar al myn wensch is myn Beminden,</l> <l>Dat gy eens 't hert alleen mogt vinden,</l> <l rend="; 2tab">En 't hert maar u alleen;</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">Dat gy als Koning in my woud regeeren,</l> <l rend="; 1tab">En wil door uw magt en wil 't kwade weeren,</l> <l rend="; 2tab">En dat 'k eens hooren mogt,</l> <l>'k Wil in dit hert geen zonden lyden,</l> <l>Ik geev u kragt, nu voort aan 't stryden</l> <l rend="; 2tab">Diend, die u heeft gekogt.</l></lg> <pb n="144"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Dit woord zal 't herte gaande maaken,</l> <l>Al 't geen 't eerst liefde, kan 't nu laaken,</l> <l rend="; 1tab">'t Beoogt een hooger goed;</l> <l>Zou 't aards voor 't Hemels niet verdwynen,</l> <l>Ja, als die Zon in 't hert komt schynen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo wilt maar, dat het moet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Als gy 't zult in den stryd versterken,</l> <l>Ziet, waar 't geloof niet door kan werken,</l> <l rend="; 1tab">Of 't regter Oog, en Hand</l> <l>Moet kosten; zou my dat beroeren?</l> <l>Ik vind den vloek in lust volvoeren,</l> <l rend="; 1tab">En 't heil in tegenstand.</l></lg> <pb n="145"/> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>Myn ziel! waar uw gedachten zwaajen</l> <l>Laat zig dien Hertenkenner paajen</l> <l rend="; 1tab">Door 't hert, met herssen-vrugt?</l> <l>Och neen! Hy ziet, gy zoekt te myden</l> <l>Al 't kruis, dat gy most willig lyden,</l> <l rend="; 1tab">En kond gy niet? gy zugt.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Hoe dood gy dan uw aardse leden?</l> <l>Die heeft ten bloede niet gestreden?</l> <l rend="; 1tab">Die maar zyn pligten weet.</l> <l>'t Verzwaard uw' straf, dat u doed roemen,</l> <l>Uw eigen mond zal u verdoemen,</l> <l rend="; 1tab">Die 't wist, en nooit en deed.</l></lg> <pb n="146"/> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l>'t Waar goed, kond 't met een wens gebeuren,</l> <l>Dit hert van 't ydel af te scheuren:</l> <l rend="; 1tab">Maar 't vlees den stryd te bien,</l> <l>Daar is dit hert niet toegenegen,</l> <l>Ik wagt van Jesus hand dien zegen,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't moet in u geschien.</l></lg> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l>Om 't Hemels regt voor u te werven,</l> <l>Zoo heeft uw Jesus moeten sterven,</l> <l rend="; 1tab">En om daar in te gaan,</l> <l>Zoo moet zyn Geest u ook geleiden;</l> <l>Maar 't hert moet van zyn lusten scheiden,</l> <l rend="; 1tab">En daar en wil 't niet aan.</l></lg> <pb n="147"/> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l>Zou onwil my de hoop verhind'ren,</l> <l>Dat waar myns Konings eer vermind'ren,</l> <l rend="; 1tab">Die 't hert zoo stagrig ziet,</l> <l>Kan, en belooft, hy zal 't genezen:</l> <l>Nooit heeft hy iemand weghgewezen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo doed Hy 't my ook niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l>Gelooft dit, en gy zuld bevinden;</l> <l>Dat Jesus u, eer gy hem minden,</l> <l rend="; 1tab">Die gy tot Koning kiest,</l> <l>U eerst had tot zyn Bruid verkooren;</l> <l>En liever 't leven heeft verlooren,</l> <l rend="; 1tab">Als dat hy u verliest. </l></lg> <pb n="148"/> <lg type="poem"> <head>11.</head> <l>Heeft hy u dan zoo dier verkregen?</l> <l>Draagt u ook waardig zulken zegen:</l> <l rend="; 1tab">Want zoo gy ontrouw werd,</l> <l>Hy zal zyn trouw met u nooit breeken:</l> <l>Maar bergt zyn min, om 't kwaad te wreeken,</l> <l rend="; 1tab">Hy is jaloers van hert.</l></lg> <lg type="poem"> <head>12.</head> <l>Dryft al het ziel-verraad daar buiten,</l> <l>Om Hem alleen in 't hert te sluiten,</l> <l rend="; 1tab">Die u tot trouw verbind,</l> <l>En toond, dat gy wilt liever sterven,</l> <l>Als voor het aards genot te derven</l> <l rend="; 1tab">'t Geen gy in Jesus vind.</l> </lg> </div> <div type="section"> <pb n="149"/> <head rend="h4">De geheele Verzaaking van onzen wil, is onze gelukzaligheid.</head> <lg type="poem"> <head>1</head> <l><hi rend="b">M</hi>yn ziel! uw heil bestaat in niet te willen,</l> <l rend="; 1tab">Als 't geen uw' Vaders wyzen Wil beraamt,</l> <l rend="; 1tab">Gy immers moest, indien 't ooit kind betaamt,</l> <l>Vernoegd zyn, en zyn daaden nooit bedillen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>Hoe toond hy u zyn voorzorg, en genaaden?</l> <l rend="; 1tab">Hoe speurt gy staag, dat 's Vaders wys beleid</l> <l rend="; 1tab">Uw heil beoogt; en hoe hy u ontzeid</l> <l>Uit gunst, dat u, zo hy 't u gaf, zou schaden.</l></lg> <pb n="150"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Och! al myn leven kan daar af getuigen,</l> <l rend="; 1tab">Nooit heeft my iets ontbrooken; ja ik won,</l> <l rend="; 1tab">Ik kreeg van 't aards meer, als ik wenschen kon,</l> <l>Dit doed my na zyn wil, my willig buigen;</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Dit is 't niet, gy vernoegd u met den zegen,</l> <l rend="; 1tab">'t Moest met den wil zyn van den Zegenaar,</l> <l rend="; 1tab">Maar neen; ligt valt u 't ligste kruis te zwaar,</l> <l>Daar staat uw' wil, dan met zyn wil verlegen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>O vleeslyk hert! gy zoekt in d'aardze schatten</l> <l rend="; 1tab">'t Vernoegen, daar 't zyn wil u geven moet,</l> <l rend="; 1tab">Niet slegs in voor, maar ook in tegenspoed,</l> <l>Niet, als gy 't vat; maar als gy 't niet kond vatten;</l></lg> <pb n="151"/> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Mag my zyn tydlyk heil dan niet verkwikken?</l> <l rend="; 1tab">Gy zwelgt dat in met al te ruimen keel,</l> <l rend="; 1tab">Gy waart elendig, waar dit aards uw deel,</l> <l>Uw herten-oog moet hooger goed bemikken;</l></lg> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l>Mag 't geestlyk goed dan niet myn vreugd verzaaden?</l> <l rend="; 1tab">Neen; niet geheel, door 't geen gy hier geniet,</l> <l rend="; 1tab">Dit ziet gy maar, als een die sterren schiet,</l> <l>Uw zielrust eist oneindige genaden;</l></lg> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l>Ach! kond ik daar af maar een straaltje merken!</l> <l rend="; 1tab">Maar 't hert begrypt niet, als natuurlyk goed,</l> <l rend="; 1tab">'k Weet, wat ik mis, en wat ik hebben moet,</l> <l>Wilt gy, en leerd my 't steenig hert bewerken.</l></lg> <pb n="152"/> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l>Bestaroog door 't geloov dit liefdens wonder,</l> <l rend="; 1tab">Zyn Heerlykheid den Koning willig derft,</l> <l rend="; 1tab">En niet alleen voor u, zyn vyand sterft,</l> <l>Maar red u uit den vloek, en zinkt daar onder.</l></lg> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l>Zoud blussen van Gods tooren vuur gelukken,</l> <l rend="; 1tab">Zoo moest zyn kost'lyk Bloed vergooten zyn,</l> <l rend="; 1tab">Hy riep: Myn God, waarom verlaat gy myn!</l> <l>Denk, hoe die Held, die Hel-angst doe moest drukken.</l></lg> <lg type="poem"> <head>11.</head> <l>Als gy dit ziet, kond gy 't gemoed verstokken?</l> <l rend="; 1tab">Neen; steekt by 't liefdenvuur uw hert aan brand,</l> <l rend="; 1tab">Roei uit al wat zig tegen Jesus kant,</l> <l>Zyn dood moet u tot geestlyk leven lokken.</l></lg> <pb n="153"/> <lg type="poem"> <head>12.</head> <l>Al weet ik dit door hooren en door lezen,</l> <l rend="; 1tab">Dit 's niet genoeg, maar zegt eens door uw Geest,</l> <l rend="; 1tab">Myn kind! dit is 't randzoen voor u geweest,</l> <l>Nu zugt ik staag, 't mogt eens voor my niet wesen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>13.</head> <l>Dan zal die zekerheid in 't hert verwekken</l> <l rend="; 1tab">Troost, dankbaarheid, en geestelyke vreugd,</l> <l rend="; 1tab">Geen hert zig meer verpligt voeld tot de deugd</l> <l>Als dat gy wilt met liefden-zeelen trekken.</l></lg> <lg type="poem"> <head>14.</head> <l>Verzekert u, Hy is voor u gestorven,</l> <l rend="; 1tab">Als gy maar toond, dat Jesus in u leeft,</l> <l rend="; 1tab">En dit 's de inspraak, die Gods Geest u geeft,</l> <l>Die heilig leeft, voor die is 't heil verworven.</l></lg> <pb n="154"/> <lg type="poem"> <head>15.</head> <l>Zoo moet ik dan myn ziel geduurig kwellen,</l> <l rend="; 1tab">Ik vind in 't hert geloof, nog heiligheid;</l> <l rend="; 1tab">'t Is iets, dat gy daarna begeerig zyt:</l> <l>Maar niet genoeg, om 't hert gerust te stellen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>16.</head> <l>Weest dankbaar voor het geen gy hebt ontfangen,</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt daar af het duizenste niet waard:</l> <l rend="; 1tab">Verlaat u op zyn vaderlyken aard,</l> <l>Hy geeft u, daar hy u na doed verlangen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>17.</head> <l>Steld hem geen perk, verhaast niet in 't begeeren,</l> <l rend="; 1tab">Al gaat gy nu in 't duister zonder ligt,</l> <l rend="; 1tab">Want die 't genaden werk in u verrigt,</l> <l>Onthoud u niet als dat gy kond ontbeeren.</l></lg> <pb n="155"/> <lg type="poem"> <head>18.</head> <l>Mag ik dan met aandringende gebeden</l> <l rend="; 1tab">Niet tot hem zugten om geloov en deugd?</l> <l rend="; 1tab">Dit moet gy doen, wat vraagd gy, of gy meugd?</l> <l>Houd aan, maar weest in zyn beleid te vreden.</l></lg> <lg type="poem"> <head>19.</head> <l>Wilt Hertenkenner 't zwak geloof versterken,</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt het immers, die my hoopen doed,</l> <l rend="; 1tab">Dat wat ik in dit leven hebben moet,</l> <l>Gy voor de laaste snik nog uit zult werken.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="156"/> <head rend="h3">Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om het Aardse te leeren veragten.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l><hi rend="b">D</hi>en Heracliet kan 't aards beschreiden,</l> <l rend="; 1tab">Den Democriet al 't aards belagt,</l> <l rend="; 1tab">Myn ziel! wel neemd g' het niet in agt,</l> <l>Denkt hoe doed dit den blinden Heiden,</l> <l>En laat ik my door 't aards verleiden,</l> <l rend="; 1tab">Die naar een hooger einde tragt.</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>Weg met die eige zinlykheden,</l> <l rend="; 1tab">Doed meer als u den Heiden leerd,</l> <l rend="; 1tab">Verwerpt al wat uw' vlees begeerd,</l> <l>Hoe 't God bestierd, weest gy te vreden,</l> <l>Den stryd en is nooit uitgestreden,</l> <l rend="; 1tab">Eer g' al uw' lusten overhoord.</l> </lg> </div> <div type="section"> <pb n="157"/> <head rend="h4">I. Koningen Cap. 19. vs. 19.</head> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Eliza wierd door 't Mantel-raaken,</l> <l rend="; 1tab">Strak zoo beweegd om meed te gaan,</l> <l rend="; 1tab">Dat hy zyn ploeg en al liet staan.</l> <l>En Jesus komt u gaande maaken,</l> <l>Om maar uw' lusten te verzaaken,</l> <l rend="; 1tab">En 't schynd, gy wilt u nog beraan.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Myn hert! hoe hebt g' u zelfs bedroogen?</l> <l rend="; 1tab">g' Hebt altyd naar iets aards getragt,</l> <l rend="; 1tab">Hoe weinig naamd gy het in agt,</l> <l>Wanneer uw beden hem bewoogen,</l> <l>En als gy aanwiest in vermoogen,</l> <l rend="; 1tab">Of dat u al tot Jesus bragt.</l></lg> <pb n="158"/> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>Gy wenscht wel eens te zyn genezen,</l> <l rend="; 1tab">Maar 's Luyaards wensch word niet verzaad,</l> <l rend="; 1tab">Een boom, die zonder vrugten staat,</l> <l>Hoe cierlyk dat zyn loof mag wezen,</l> <l>Heeft eind'lyk nog 't verderf te vreezen,</l> <l rend="; 1tab">Zoo ook, die wensend' ledig gaat.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Gy moest aan uw lusten wreeken;</l> <l rend="; 1tab">Gy zyt in 't stryden veel te laf,</l> <l rend="; 1tab">Een geest'loos mensch uit vrees van straf,</l> <l>Kan wel eens wenschen, zugten, smeeken,</l> <l>Maar de Hertenkenner eist een teeken,</l> <l rend="; 1tab">Dat hem nooit onherboornen gaf.</l></lg> <pb n="159"/> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l>Nu schynd de hoop uw hert t' ontvlieden,</l> <l rend="; 1tab">Maar waarom zoo uw ziel gekweld?</l> <l rend="; 1tab">Dit zal door kragt, nog door geweld,</l> <l>Maar door myn Geest, zeid God, geschieden,</l> <l>g' Hebt Jesus 't hert maar aan te bieden,</l> <l rend="; 1tab">Dat gy zoo deerlyk vind gesteld;</l></lg> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l>Hy zal u in den stryd versterken,</l> <l rend="; 1tab">Uw vyand vlugt, als hy 't gebied,</l> <l rend="; 1tab">Nu hy in u geen zonden ziet,</l> <l>Nu doed hy u uw zonden merken,</l> <l>En nu 't geloof begint te werken,</l> <l rend="; 1tab">Nu klaagd g', en zegt: ik voel hem niet.</l></lg> <pb n="160"/> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l>Nu staat g' eerst met uw schuld verlegen,</l> <l rend="; 1tab">Nu Jesus zeid: Ik heb betaald, </l> <l rend="; 1tab">Nu 't geestlyk ligt uw ziel bestraald,</l> <l>Nu ziet g' uw blindheid eerst ter degen,</l> <l>g' Hebt Jesus in 't gezigt gekregen,</l> <l rend="; 1tab">Nu klaagd g' eerst, dat gy van hem dwaald;</l></lg> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l>Nu Jesus liefd' komt door te breeken,</l> <l rend="; 1tab">Nu klaagd g' eerst, dat g' hem niet bemind,</l> <l rend="; 1tab">En nu gy al dees teekens vind,</l> <l>Nu zoekt gy van 't geloov een teeken,</l> <l>Nu 's vyands kragt schier is bezweeken,</l> <l rend="; 1tab">Nu meend gy, dat den stryd begind. </l></lg> <pb n="161"/> <lg type="poem"> <head>11.</head> <l>Gy klaagd, myn hert kleevt aan de zonden,</l> <l rend="; 1tab">Om dat gy 't zielverderf zoo vreest:</l> <l rend="; 1tab">Want nu uw zieke ziel geneest,</l> <l>Nu voelt gy 't steeken van de zonden,</l> <l>En had g' uw Jesus niet gevonden,</l> <l rend="; 1tab">Nooit waart g' om Hem onrust geweest;</l></lg> <lg type="poem"> <head>12.</head> <l>Daar word de schuld u door vergeven,</l> <l rend="; 1tab">Daar door gy meest uw' schuld vergroot;</l> <l rend="; 1tab">Gy nam Hem 't leven, door uw' dood,</l> <l>Hy gaf u door zyn dood het leven,</l> <l>Had Hy in heerlykheid gebleven,</l> <l rend="; 1tab">Gy bleevt van Heerlykheid ontblood.</l></lg> <pb n="162"/> <lg type="poem"> <head>13.</head> <l>Nu kond gy eerst gevoelig schreien,</l> <l rend="; 1tab">Nu ziet g' eerst, wat uw zonde werkt,</l> <l rend="; 1tab">Nu gy s' in Jesus wonden merkt,</l> <l>Nu laat g' u nooit van Jesus scheien,</l> <l>Geen lusten zullen u verleien,</l> <l rend="; 1tab">Nu Hy 't geloof door liefde sterkt.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">Meditatie</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Om in ongevoeligheid ons door het Geloof by Jesus te houden.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l><hi rend="b">G</hi>Y dorst, na dorst, verlangt maar na verlangen'</l> <l>Beklemde ziel! blyft g' al aan Jesus hangen;</l> <l rend="; 1tab">Daar Jesus u nog troost nog hulp en bied,</l> <l rend="; 2tab">Ja; anders eist Hy niet.</l></lg> <pb n="163"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>Gy staat verbaast, en met uw schuld verlegen,</l> <l>Nog klaagd g', och zag ik eens myn schuld ter degen!</l> <l rend="; 1tab">Meend gy, dat hem dit kermen niet verdriet?</l> <l rend="; 2tab">Neen; anders eist hy niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Daar uw geloof zo heftig word bestreden,</l> <l>Gy loopt hem na met zondige gebeden,</l> <l rend="; 1tab">Hoe! wilt g' hem dwingen, als hy van u vlied?</l> <l rend="; 2tab">Ja; anders eist hy niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Daar Petrus zeid: Ach Heer! ik ben vol zonden!</l> <l>Gaat van my uit. &#160; Bergt gy u in zyn wonden?</l> <l rend="; 1tab">Loopt gy tot Jesus, nu g' uw zonden ziet?</l> <l rend="; 2tab">Ja; anders eist Hy niet.</l></lg> <pb n="164"/> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>Gy kleeft maar aan; u stuit nog schaamd nog vrezen,</l> <l>Gy denkt, nog wierd de vrouw haar kind genezen,</l> <l rend="; 1tab">Die Jesus eerst maar als een hond verstiet?</l> <l rend="; 2tab">Ja; anders eist hy niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Gy ziet, nog voeld; hoe derft gy langer hoopen:</l> <l>Bestaat uw' heil in draaven, en in loopen</l> <l rend="; 1tab">Naar Jesus, daar hy uw gezigt ontschiet,</l> <l rend="; 2tab">Ja; anders eist Hy niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>7.</head> <l>Gy zoekt, maar 't mist u alles in 't gevoelen,</l> <l>Nog rust ik, zegt gy, in 't onrustig woelen:</l> <l rend="; 1tab">Of 't alles mist, dit zoeken, is nog iet,</l> <l rend="; 2tab">En, anders eist Hy niet.</l></lg> <pb n="165"/> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l>Of 't ongeloof al roept, 't is al verlooren,</l> <l>'t Geloof zegt, neen; ik weet, ik ben verkooren,</l> <l rend="; 1tab">In 't zoeken blykt, dat Hy my nooit verstiet,</l> <l rend="; 2tab">Wel, anders eist hy niet.</l></lg> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l>Myn anker hegt, ik kan de diepten pylen,</l> <l>'t kleeft aan de rots, belet my 't onweer 't zylen,</l> <l rend="; 1tab">'k Roei naa de ree, die 't herten-oog bespiet,</l> <l rend="; 2tab">Wel; anders eist Hy niet.</l></lg> </div> </div> <div type="chapter"> <interpGrp> <interp type="secundair" value="16731113"/> </interpGrp> <pb n="166"/> <head rend="h3">Meditatie.</head> <div type="section"> <head rend="h4"><hi rend="i">Over de genadige Verlossinge, die ons de Heere geeft midden in de bezoekinge, den 13. Novemb. 1673.</hi></head> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">H</hi>oe wonder hebt gy 't Vader met my voor?<lb/> Gy trekt my dog in 't slaan, met liefden-zelen,</l> <l>Kan dit verdrag, dit stag'rig kind nog strelen,</l> <l rend="; 1tab">Wiens hert nog zugt, nog klagt, brengt voor uw oor.</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">Ja zugt, om dat het nooit van herten zugt,</l> <l>'t Belyd zyn schuld, en roemd uw heilig oordeel;</l> <l>Maar Lippen-dienst, wat brengt die weinig voordeel,</l> <l rend="; 1tab">Is 't herteloos? by u is 't zondervrugt.</l></lg> <pb n="167"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 1tab">Dit hert en wierd door slagen nimmer dwee,</l> <l>Maar door uw liefde is 't zeer ligt te breeken,</l> <l>Als gy eens aan de ziel van troost wilt spreeken,</l> <l rend="; 1tab">'t Berst uit: daar zugt de mond, en 't herte mee.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 1tab">'t Is zoo bekommert! och nu smeekt het Heer!</l> <l>Geeft, dat wy nooit tot dwaasheid meer vervallen:</l> <l>Maar ons beloften, die in nood wy allen</l> <l rend="; 1tab">U deden, u betalen t' uwer eer.</l></lg> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l rend="; 1tab">Weer schyndeugd, trots, onregt, en gierigheyd,</l> <l>Onlust in 't woord, waar door wy staag u tergen,</l> <l>'t Kwaad, dat wy in den boesem diep verbergen,</l> <l rend="; 1tab">Roei uit, want dit 's dat gy ons 't meest verwydt.</l></lg> <pb n="168"/> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l rend="; 1tab">Gy hebt ons uit getrouwigheid bezogt,</l> <l>Ons land en kond de weeld niet langer dragen,</l> <l>Zoo heiligt dan ons hert, door deze slagen:</l> <l rend="; 1tab">Wat baten 's ons, zoo 't geen bekering wrogt.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <head rend="h3">Kruipende begeerte Na Opregtigheid.</head> <div type="section"> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l><hi rend="b">W</hi>at 's dit myn ziel! nu schynd gy meer verleegen,</l> <l rend="; 1tab">Als eer gy 't hert van binnen had doorwroet,</l> <l>Wat hebt gy weer op nieuw in 't oog gekregen?</l> <l rend="; 1tab">Klaag uit, ontlast uw overtuigd gemoedt.</l></lg> <pb n="169"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>'t Hert is met onopregtigheid besoetelt,</l> <l rend="; 1tab">'t Ontdekt 't verraat, en word nu eerst bewust,</l> <l>Hoe 't eigen liefd en schyndeugd heeft verhoetelt,</l> <l rend="; 1tab">De zielewagter, is in slaap gerust.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Dat komt 'er van: Het scheen u als om 't even,</l> <l rend="; 1tab">Of gy u pligt deed, met of zonder hert,</l> <l>En wat verkwikking kan dien dienst u geven;</l> <l rend="; 1tab">Daar 't herteloos, voor vals gerekend werd.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Dat voel ik nu, 'k heb op den naam na 't voorbeeld</l> <l rend="; 1tab">Van heiligheid, door valschen schyn geroemd,</l> <l>Ik heb die beter zyn, als ik, veroordeeld,</l> <l rend="; 1tab">'t Is regt, dat my den Regter ook verdoemd.</l></lg> <pb n="170"/> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>Ontworsteld wanhoop, kan de slaaffsche vrezen</l> <l rend="; 1tab">U redden, neen na Jesus met dit hert.</l> <l>Zou hy 't van onopregtigheid genezen?</l> <l rend="; 1tab">ja, als die maar opregt beleden werd.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Hier leid de kneek, 't verschoond zyn boezemnukken,</l> <l rend="; 1tab">Och was 'er eens die eigen liefde uit,</l> <l>'t Wil wel aan 't onkruid boven af te plukken,</l> <l rend="; 1tab">Maar 't raakt de wortel niet, daar 't kwaat uitspruit.</l></lg> <lg type="poem"> <head>7</head> <l>Den Zielgenezer rukt die herten treken</l> <l rend="; 1tab">Daar konstig uit: zoo gy 't maar al belydt.</l> <l>Heer, woud gy zelfs, dit hert eens open breken:</l> <l rend="; 1tab">Want al myn wensch is na opregtigheid.</l></lg> <pb n="171"/> <lg type="poem"> <head>8.</head> <l>Hoe bid hier David om, hoe is 't byzonder</l> <l rend="; 1tab">Den troost die Job en die Hiskias heeft.</l> <l>Gy schat daar alles na, en 't is dan wonder?</l> <l rend="; 1tab">Nu ik die mis, dat my de rust begeeft?</l></lg> <lg type="poem"> <head>9.</head> <l>Myn lezen van uw woord, myn bidden, spreken?</l> <l rend="; 1tab">Myn liefdepligt is hertenloos, en al</l> <l>Geniet den mond het kragtigst liefdeteken,</l> <l rend="; 1tab">'k Blyf dor, och wat of 't eind nog wezen zal.</l></lg> <lg type="poem"> <head>10.</head> <l>Is dit beklag opregt, uw wensch van herten?</l> <l rend="; 1tab">Daar is nog hoop; ja Heer, ik voel wel iet:</l> <l>Maar werkelozen wensch en ligte smerten</l> <l rend="; 1tab">Den morgendauw gelyk, en duuren niet.</l></lg> <pb n="172"/> <lg type="poem"> <head>11.</head> <l>Wel 't geen gy voeld: daar moet gy nog mee ploegen,</l> <l rend="; 1tab">Dat 's u talent, ziet dat g' er winst mee doed;</l> <l>Den geest, die 't werkt, zal veel by 't weinig voegen,</l> <l rend="; 1tab">Al is 't maar klein, ten spruit uit vlees nog bloed.</l></lg> <lg type="poem"> <head>12.</head> <l>Dat weet ik niet: Verligt verstand kan geven</l> <l rend="; 1tab">Een lust tot deugd, een wroeging over 't kwaad;</l> <l>Ja: maar 't is ook een vrugt van 't geestelyk leven,</l> <l rend="; 1tab">Verwerpt dan niet, maar onderzoekt uw staad.</l> </lg> <lg type="poem"> <head>13.</head> <l>Gy Hertenkenner, ziet de moederzonden,</l> <l rend="; 1tab">'t Is 't ongeloof! versterkt my in den stryd,</l> <l>Myn zielenbalzem leid in Jesus wonden,</l> <l rend="; 1tab">Neemt dat maar weg, dat my van Jesus schyd.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="173"/> <head rend="h3">Op de wyze van Dafne.</head> <div type="section"> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">Z</hi>ing op myn ziel, zoo ver gy 't kend</l> <l>Van 't Hemels, en 't middel, hoe dat men 't genaakt,</l> <l rend="; 1tab">Gy hebt zoo 't hert aan 't aards gewend,</l> <l>Dat u niet, als 't zigtbaar, en 't ydele raakt,</l> <l>Heeft ooit het schepsel uw lust en begeeren</l> <l rend="; 1tab">Konnen verzaaden, als gy 't al bezat?</l> <l>Neen; 't was onmagtig uw' zieldruk te weeren,</l> <l rend="; 1tab">Nu dan myn ziel zoekt een waardiger schat,</l> <l rend="; 2tab">Laat uw gedagten daar</l> <l rend="; 2tab">Stadig verwagten, waar</l> <l rend="; 1tab">Vreugde, de volheid, en 't leven zal zyn,</l> <l rend="; 1tab">Oneindig van druk, vry van vrees, en van pyn;</l></lg> <pb n="174"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">Het geen nooit hert begrepen heeft,</l> <l>Nooit oogen gezien heeft, nog ooren gehoord,</l> <l rend="; 1tab">Krygt, die zig zelven overgeeft</l> <l>Met vlyt aan zyn Koning, ten dienst na zyn woord,</l> <l>Die nu zoo kan zelvsverloogening leeren,</l> <l rend="; 1tab">Dat hem maar lust, wat zyn Koning gebied,</l> <l>Die voor 't onzigtbaar, wil 't zigtbaar ontbeeren,</l> <l rend="; 1tab">Heeft nu den Hemel alree in 't geniet;</l> <l rend="; 2tab">Zoo gy uw' heil beoogt,</l> <l rend="; 2tab">Opdat gy 't vinden moogt,</l> <l>Zoekt hier te leeren der Engelen spraak,</l> <l>God loven, dat 's boven haar eeuwig vermaak.</l></lg> <pb n="175"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 1tab">Dit heeft nu zoo 't verstand gevat,</l> <l>Dog zoo door 't geloof dit in 't hert waar geprent,</l> <l rend="; 1tab">Wat had die kennis kragt gehad</l> <l>Tot troost; en uw hert tot de deugd meer gewend,</l> <l>Daar nu de herssens alleen konnen werken,</l> <l rend="; 1tab">Laat zy u ledig van heilzame vrugt,</l> <l>Kan u in de dood nog troosten, nog sterken,</l> <l rend="; 1tab">En dat 's myn ziel, daar gy gestadig om zugt;</l> <l rend="; 2tab">Doed my gelooven, Heer!</l> <l rend="; 2tab">Daar kan geen menschen leer</l> <l>'t Hert toe bewegen; maar gy met dit woord</l> <l>Aan 't hert, dat gy heden myn gebeden verhoord.</l></lg> <pb n="176"/> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 1tab">Krygt dit de ziel eens in 't gezigt,</l> <l>Dat maakt haar onraakbaar door 't droevigst geval,</l> <l rend="; 1tab">Het zwaarste pak van 't hert geligt,</l> <l>Daar Jesus, haar Koning is, ligt haar het al,</l> <l>Of haar de waereld door veel te belooven,</l> <l rend="; 1tab">Nu wil bekooren, zoo wordze belagt;</l> <l>Dreigt zy haar, om haare rust haar te rooven,</l> <l rend="; 1tab">Neen zeid de ziel, dat is buiten uw' magt,</l> <l rend="; 2tab">Nu ik in Jesus vind</l> <l rend="; 2tab">'t Eenigste waard bemind,</l> <l>Wat kan my deeren, of alles mislukt,</l> <l>Nooit word my, myn Koning, myn Jesus ontrukt.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="177"/> <head rend="h3">Op de wyze van Amira, Wanneer ik uw schoonheid mis.</head> <div type="section"> <lg type="poem"> <head>1</head> <l><hi rend="b">I</hi>K staa verbaast in 't overdenken van</l> <l>'t Genoten goed, waar voor ik nooit en kan</l> <l>Uw' waarde lof toebrengen; u bekoord</l> <l rend="; 2tab">Nooit lofgetuit,</l> <l rend="; 2tab">Wat tong, of herssens uit,</l> <l rend="; 1tab">Zoo gy geen hertstem hoord;</l></lg> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l>Myn tong! wel waarom zwygt gy ook dan niet?</l> <l>Wil 't hert niet mee, daar op uw' Koning ziet?</l> <l>Omdat Hy nog myn hertelooze bee</l> <l rend="; 2tab">Wel heeft verhoort,</l> <l rend="; 2tab">Daar gaat de tong op voort,</l> <l rend="; 1tab">Om of Hy 't weer zoo dee;</l></lg> <pb n="178"/> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l>Want eer ik schier myn smeeken had begost,</l> <l>Ik kreeg van 't aards meer als ik wenschen kost,</l> <l>Doe wierd ik 't hert, zyn ydelheid gewaar,</l> <l rend="; 2tab">'t Was zoo te vreen,</l> <l rend="; 2tab">'t Streek met den zegen heen,</l> <l rend="; 1tab">En 't miste den Zegenaar.</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l>Doe hebt gy weer uit gunst myn beed' ontzeid,</l> <l>Daar ik opdrong uit onbedagtzaamheid:</l> <l>Myn oogmerk miste, en 't uwe moest bestaan.</l> <l rend="; 2tab">Ik zogt de rust,</l> <l rend="; 2tab">In 't plegen van myn lust;</l> <l rend="; 1tab">Gy zogt s' in 't tegengaan;</l></lg> <pb n="179"/> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l>Klaagd dan myn ziel niet! als 't u al ontschiet,</l> <l>Wat gy beoogt, nu gy de uitkomst ziet,</l> <l>Hoe 's vaders zorg iets beters u bereid,</l> <l rend="; 2tab">Schoon gy 't niet vat,</l> <l rend="; 2tab">Dan of gy 't al bezat,</l> <l rend="; 1tab">Daar gy hem zoo om vleid.</l></lg> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l>Kon ik geloven, 't geen ik weet, och dat</l> <l>Ik in uw' gunst genood, 't geen ik bezat!</l> <l>Waar 't hert maar los van 't zigtbaar, daar 't aankleevt,</l> <l rend="; 2tab">Denk, die 't u doet</l> <l rend="; 2tab">Begeeren, is 't, die 't moet</l> <l rend="; 1tab">U geven, en ook geevt.</l> </lg> </div> </div> <div type="chapter"> <pb n="180"/> <head rend="h3">Op de wyze: Sulamite, keert weder.</head> <div type="section"> <lg type="poem"> <head>1.</head> <l rend="; 1tab"><hi rend="b">Z</hi>oo myn ziel u regt kenden,</l> <l>En 't hert zig zelven kost, zag 't zyn elenden,</l> <l rend="; 1tab">Tot zyn Jesus zoud hem wenden;</l> <l>'t Zou nevens u niets agten, nog begeeren,</l> <l rend="; 1tab">Maar u als Koning eeren,</l> <l rend="; 2tab">Geheel zyn lust verzaaken,</l> <l rend="; 2tab">Naar uw bloedig</l> <l rend="; 2tab">Offer goedig</l> <l rend="; 2tab">Zeer demoedig</l> <l rend="; 2tab">Zoud' dan haaken.</l></lg> <pb n="181"/> <lg type="poem"> <head>2.</head> <l rend="; 1tab">Maar nu ziet het geen zonden,</l> <l>Nog voeld in 't niet zien smert; en 't zyn verwonden,</l> <l rend="; 1tab">Die by u geneezing vonden.</l> <l>Zult gy, die rotzen maakt tot waterbeeken?</l> <l rend="; 1tab">Dit steenig hert nooit breeken?</l> <l rend="; 2tab">Die op u spreeken,</l> <l rend="; 3tab">En zee, en wind doed zwygen,</l> <l rend="; 3tab">Kond verslagen</l> <l rend="; 3tab">Hert doen klaagen,</l> <l rend="; 3tab">Naar u jaagen,</l> <l rend="; 3tab">Zugten, hygen.</l></lg> <lg type="poem"> <head>3.</head> <l rend="; 1tab">Waar die uur nu gebooren!</l> <l>Dat ik eens hooren mogt: Neemt myn verkooren,</l> <l rend="; 1tab">Dit 's u toegedogt te vooren,</l> <pb n="182"/> <l>Eer ik van uw ierd, om dit heil gebeden,</l> <l rend="; 1tab">'k Heb voor uw schuld geleden,</l> <l rend="; 2tab">En zoud ik 't heden</l> <l rend="; 3tab">Voor uw' gezicht verbergen;</l> <l rend="; 3tab">Nu gy kragtig</l> <l rend="; 3tab">My, die 't magtig</l> <l rend="; 3tab">Ben, daar klagtig</l> <l rend="; 3tab">Om komt vergen?</l></lg> <lg type="poem"> <head>4.</head> <l rend="; 1tab">Gy door liefd' en mededoogen,</l> <l>In 't eeuwig Raadsbesluit, tot my bewoogen,</l> <l rend="; 1tab">Woud' alleen myn heil beoogen,</l> <l>of gy my most, die van u afging dwaalen,</l> <l rend="; 1tab">Om weer tot u te haalen,</l> <l rend="; 2tab">Zoo dier betaalen</l> <pb n="183"/> <l rend="; 2tab">Dat ik u 't leven kosten!</l> <l rend="; 3tab">Gy myn waarde,</l> <l rend="; 3tab">Niets en spaarde,</l> <l rend="; 3tab">Hoe 't bezwaarde,</l> <l rend="; 2tab">Maar verlosten.</l></lg> <lg type="poem"> <head>5.</head> <l rend="; 1tab">Jesus voor u gestorven,</l> <l>Hoe zoud dat konnen zyn? blyft zoo verdorven,</l> <l rend="; 1tab">Daar hy 't heil voor heeft verworven?</l> <l>Zou zoo een ziel niet ligt zig zelvs vergiffen?</l> <l rend="; 1tab">Neen; tuigd haar haar gewissen,</l> <l rend="; 2tab">En zeid, nu isse,</l> <l rend="; 3tab">Om heiligheid verlegen,</l> <l rend="; 3tab">Dat 's door 't leven,</l> <l rend="; 3tab">Haar gegeven,</l> <l rend="; 3tab">En dit 's even,</l> <l rend="; 3tab">Dezen zegen.</l></lg> <pb n="184"/> <lg type="poem"> <head>6.</head> <l rend="; 1tab">Door uw' banden t' ontbinden,</l> <l>Doen leven door uw' dood; was daar Beminden,</l> <l rend="; 1tab">Iets toe waart in my te vinden?</l> <l>Neen; maar gy woud gedagten, daaden, spreeken,</l> <l rend="; 1tab">Doen in uw' lof uitbreeken.</l> <l rend="; 2tab">Laat dan dit Teeken</l> <l rend="; 3tab">Myn zwak geloov' versterken;</l> <l rend="; 4tab">Dat myn poogen,</l> <l rend="; 4tab">Na vermoogen,</l> <l rend="; 3tab">Uit mag werken.</l> </lg> <p><hi rend="spat">FINIS</hi>.</p> </div> </div> </body> </text> </TEI.2>